Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord turntable

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(tabulation; tablet); ;
🔗 A number of tables showing the verb system of the language is given in a separate appendix.
🔗 Some books were lying on the table.
ter tafel brengen
proponi por debato
(place on the agenda)
meti en la tagordon
🔗 Labour sources would not rule out tabling a no‐confidence motion this week, after Ms. May addresses the Commons on the latest Brexit negotiations, but the party is understood to be more likely to strike once Ms. May brings her deal back to the Commons in January.
(serve)
op tafel leggen
(delay)
op de lange baan schuiven
(diverge)
(aberrate; deviate)
(invert; reverse)
(turn over; upset; capsize; overturn; subvert; up‐end);
torni
(turn around; turn round; revolve; whirl); ;
(revolution; rotation; stroke; swirl; vortex; wriggle; whirl); ; ; ;
zwenking
(fasten; tighten; turn on)
turni plipreme
(turn around; turn back; turn round; recourse; resort; wheel; whirl; apply); ; ; ; ;
🔗 The man turned and went out.
(revolution; stroke); ; ; ;
zwenking
reversi
(change; alter; convert; shift)
(innings);

EngelsNederlands
turntable draaischijf; draaitafel
table agenderen; catalogus; dis; gedenkplaat; index; indienen; kost; lijst; maaltijd; op de lange baan schuiven; op tafel leggen; plaat; plateau; register; tabel; tafel; tafelland; ter kennisgeving aannemen; ter tafel brengen; voor kennisgeving aannemen
turn aandraaien; aanleg; aard; afslaan; afwenden; bederven; behoefte; beurt; bocht; dienst; doel; doen draaien; doen gisten; doen keren; doen omkeren; doen schiften; doen wentelen; doen worden; doorslag; draai; draaien; draaien aan; draaiing; dubbelslag; een andere wending geven aan; een keer nemen; gisten; herscheppen; keer; keerpunt; kenteren; kentering; keren; kromming; maken; nummer; omdraai; omdraaien; omgaan; omkeren; omkering; omleggen; ommekeer; ommetje; omslaan; omtrekken; omwenden; omwenteling; op de vlucht drijven; op de vlucht jagen; opendraaien; overzetten; richten; richting; ronddraaien; schiften; schok; slag; soort; sturen; toer; toerbeurt; toertje; veranderen; verleggen; vertalen; verzetten; verzuren; wandelingetje; wegsturen; wenden; wending; winding; wisseling; worden; zich draaien; zich keren; zich omdraaien; zich omkeren; zich omwenden; zich richten; zich wenden; zuur doen worden; zuur worden; zwenking; ómwoelen; ómzetten