Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord wind

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(reel);
🔗 Bushfires have raged across several Australian states for months, but high temperatures and strong winds have pushed the danger level to severe in the past week.
(roll; roll up; wind up; wrap round; wrap);
(bend; curve); ; ; ;
(meander; twist; wind around; slither; weave; snake); ;
(twist)
volviĝi
(wrap)
ĉirkaŭvolvi
(breath)
(belch; burp);
(fart)
scheet
;
🔗 But she’s facing fierce political head winds at home and in the European Union.
solar wind
sola vento
wind off
(unroll; unwind)
(bandage; wrap; swathe);
vindi
bulvolvi
(roll; roll up; wind; wrap round; wrap); ;
🔗 Then she wound up the clock.
long‐winded
(wordy)
; ;
long‐winded
(wordy)
lang van stof
;
multvorta
long‐winded
;
tromultvorta
unwind
(unroll; wind off)
unwind
(expound; open; unbundle; unpack; unwrap)
; ;
elvolvi
unwind
(loose; loosen; relax; release; slacken)
whirlwind
;
warrelwind
; ;
whirlwind
(whirlpool; vortex)
; ;
whirlwind
(cyclone)
;
wind‐gauge
(anemometer)
windmeter
winding
(slithering)
; ;
serpentuma
windmolen
🔗 Trump has complained about windmills throughout his presidency, slamming the technology everywhere from the G7 conference in France this year to a Republican fundraising dinner speech that he used to claim windmill noise causes cancer.
windpipe
(trachea)
windscreen
(windshield)
voorruit
windscreen
(windshield)
windshield
(windscreen)
voorruit
windshield
(windscreen)
(wing)
pafvundi
(hurt; injure; maul); ;
🔗 A Ukrainian presidential adviser said about 3,500 Russian soldiers had been killed or wounded.
(injury; lesion); ; ;
🔗 In the moonlight Rand could not really see what he was doing, but Tam’s wound seemed to be only a shallow gash along the ribs, no longer than the palm of his hand.

EngelsNederlands
wind adem; afdraven; blaasinstrumenten; blazen op; blazers; buiten adem brengen; draaien; een boertje laten maken; gebral; gezwets; haspelen; kronkelen; lucht; omwikkelen; op adem laten komen; opwinden; reuk; scheet; slingeren; sluiten; tocht; wenden; wikkelen; wind; winden; windstreek; zich kronkelen; zich slingeren
anti‐trade wind antipassaat
before the wind voor de wind
be in the wind aan het handje zijn; op til zijn
between wind and water op een zeer gevaarlijke plaats
break wind een wind laten
close to the wind met de wind mee
down the wind met de wind mee
down wind valwind
east wind oostenwind
fall wind valwind
find out which way the wind is blowing kijken uit welke hoek de wind waait
fling to the winds overboord gooien
gain wind ruchtbaar worden
get one’s second wind weer op adem komen
get the wind up in de rats zitten; ’m knijpen
get wind ruchtbaar worden
get wind of de lucht krijgen van
get wind of it de lucht ervan krijgen
get wind of something iets in de gaten krijgen
ground wind grondwind
gust of wind rukwind
hang one’s cloak to the wind de huik naar de wind hangen
haul to the wind oploeven
haul upon the wind oploeven
have got wind of something iets in de gaten hebben
have the wind up in de rats zitten
head wind tegenwind
high wind harde wind
high winds blow on high hills hoge bomen vangen veel wind
huge winds blow on high hills hoge bomen vangen veel wind
is the wind in that quarter? waait de wind uit die hoek?
it’s an ill wind that blows nobody any good geen ongeluk zo groot of er is een geluk bij
like chaff before the wind als kaf voor de wind
near the wind met de wind mee; op het kantje af; scherp bij de wind
north wind noordenwind
put the wind up angst aanjagen
rear wind rugwind
revolving wind dwarrelwind
sail close to the wind bijna te ver gaan; op het randje zitten; scherp bij de wind zeilen
sits the wind there? waait de wind uit die hoek?
solar wind zonnewind
sow the wind and reap the whirlwind wie wind zaait, zal storm oogsten
straw in de wind <kleinigheid die doet vermoeden wat er gaat komen>
take the wind out of somebody’s sails iemand de wind uit de zeilen nemen
take wind ruchtbaar worden
the wind de blaasinstrumenten; de blazers
three sheets to the wind stomdronken
throw to the winds overboord gooien
trim to the times and hang one’s cloak to the wind de huik naar de wind hangen
wind a blast een stoot op de hoorn geven
wind about omstrengelen
wind a call een stoot op de hoorn geven
wind back terugspoelen
wind down inkrimpen; omlaag draaien; relaxen; steeds langzamer gaan lopen; verminderen; zich ontspannen
wind energy windenergie
wind farm windmolenpark
wind force windkracht
wind instrument blaasinstrument
wind off afwikkelen; afwinden
wind one’s way zich kronkelend een weg banen
wind power windenergie
wind round omstrengelen; winden om; zich kronkelen om
wind speed windsnelheid
wind up afwikkelen; beëindigen; concluderen; eindigen; liquideren; opdraaien; ophalen; opnaaien; opwinden; voor de gek houden; zich laten opwinden
wind up with besluiten met
cross‐wind zijwind
downwind met de wind mee
land‐wind landwind
long‐winded breedsprakig; gerekt; lang van stof; langdradig; omslachtig; van lange adem
rewind opnieuw opwinden; terugspoelen
side‐wind zijwind
storm‐wind stormwind
tailwind rugwind
unwind afwikkelen; afwinden; loswikkelen; loswinden; ontrollen; zich loswikkelen; zich loswinden; zich ontrollen; zich ontspannen
upwind stijgwind; tegen de wind in
whirlwind dwarrelwind; warrelwind; wervelwind; windhoos
windbag dikdoener; kletsmajoor; kletsmeier; ouwehoer
wind‐band blaasorkest; blazerssectie
windbound door tegenwind opgehouden
windbreak windkering; windscherm
winder wikkelaar; winder
wind‐gauge windmeter
windhover torenvalk
winding bocht; bochtig; draai; draai‐; kronkelend; kronkelig; kronkeling; kronkel‐; wentel‐; wikkeling
windless windstil; zonder wind
windmill windmolen
windpipe luchtpijp
windproof winddicht
windscreen voorruit
windshield voorruit
windsurf plankzeilen; surfen; windsurfen
windswept door de wind gestriemd; winderig
wind‐tunnel windtunnel
windy winderig
wound aanschieten; blesseren; blessure; krenken; kwetsen; kwetsuur; verwonden; verwonding; wond; wonde; wonden