Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord breedsprakig
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(gerekt; langdradig; wijdlopig) | long‐winded | |
🔗 Hij was in de stemming om vriendschappelijk en breedsprakig te zijn. | ||
(langdradig) | long‐winded | tromultvorta |
🔗 Je bent nogal breedsprakig, Saint. | ||
🔗 Zo te voelen was de richel ongeveer vijftien centimeter breed. | ||
(wijd) | ; | |
🔗 De tunnel werd breder. | ||
(ruim) | ; broadly | larĝe |
🔗 Hij grijnsde breed en stak zijn rechterhand uit. | ||
(wijdlopigheid) | prolixity | |
🔗 Wie zou jou op het punt van breedsprakigheid kunnen verslaan? |
Nederlands | Engels |
---|---|
breedsprakig | ⇆ diffuse; ⇆ diffusely; ⇆ lengthy; ⇆ long‐winded; ⇆ prolix; ⇆ verbose |
breed | ⇆ ample; ⇆ amply; ⇆ beamy; ⇆ broad; ⇆ broad in the beam; ⇆ large; ⇆ wide; ⇆ square‐built |
breedsprakigheid | ⇆ diffuseness; ⇆ diffusiveness; ⇆ prolixity; ⇆ prolixness; ⇆ verbiage; ⇆ verbosity |