Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord draw to an end

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
draw to an end (come to an end; end; end up; expire; conclude; finish; draw to a close)	ten einde lopen	finiĝi
draw (attract; appeal; allure; beckon; beguile)	aanlokken ; aantrekken ; trekken	allogi
🔗 What is drawing so many overqualified people to these jobs?
draw (design)	aftekenen ; beschrijven ; tekenen ; trekken ; uittekenen	desegni
draw (equality; parity)	gelijkheid ; pariteit	egaleco
draw (pull)	naar zich toe halen ; binnentrekken	entiri
draw (delineate; outline; contour)	aftekenen	konturi
draw (make a stroke; draw a line; streak)	trekken	streki
draw (drag; haul; pull; tug; draught; drawl; tow; twitch)	trekken ; halen	tiri
draw (extract; excerpt; spoon; bail)	putten	ĉerpi
draw (attract)	aantrekken ; trekken	altiri
🔗 But he also drew the attention of the Russian Federal Security Service (FSB) and ended up in prison for his political activities.
draw	trekken	elingigi
🔗 Instead he drew Tam’s sword.
draw	trekken	infuziĝi
draw (drag; pull)	samentrekken ; meetrekken	kuntiri
draw (draught; bill)	traite	trato
draw (design; drawing; draught; picture)	tekening ; werkje	desegnaĵo
draw (make a draught)	trekken	trati
draw (elicit; extract; glean; pull; withdraw; worm; draw forth; drag out)	tappen ; trekken ; uittrekken	eltiri
draw (release; unleash; utter)	tappen	ellasi
🔗 He drew a mug of ale which he set before Jubal, then drew another for himself.
end (tip; extremity)	einde ; uiteinde	ekstremaĵo
🔗 The surprise Ukrainian breakthrough in the east came a week after Kyiv announced the start of a long‐awaited counteroffensive hundreds of kilometres away at the other end of the front line, in Cherson province in the south.
end (finish; terminate; conclude; bring to an end; put the kibosh on; put an end to; have finished)	afmaken ; besluiten ; voleindigen ; een eind maken aan ; eindigen	fini
end (come to an end; end up; expire; conclude; finish; draw to a close; draw to an end)	aflopen ; eindigen ; ophouden	finiĝi
🔗 When will this end?
end (termination; conclusion; finish; ending)	afloop ; eind ; einde ; end	finiĝo
end (ending; conclusion; finish; termination)	besluit ; eind ; einde ; end	fino
🔗 The open brace is matched by a closing brace at the end of the programme.
end (aim; goal; purpose; target; butt; intent; objective; destination; object)	doel ; oogmerk	celo
🔗 To attain his end it was necessary that I be destroyed.
end (halt; stop; hold; obstruct; stem; stay; stall; arrest)	aanhouden ; keren ; staande houden ; stilleggen ; stilzetten ; stoppen ; stuiten ; tegenhouden ; tot staan brengen ; tot stand brengen ; tot stilstand brengen ; doen stoppen	haltigi
end (boundary; frontier; border; perimeter)	grens ; landsgrens	limo
end (cease; stop; quit; leave off)	ophouden	ĉesi
end (stop; discontinue; halt; lift; prorogue; quell; staunch; cease; abate)	afbreken ; opbreken ; opheffen ; ophouden met ; staken ; stelpen ; stoppen ; stopzetten ; kappen met ; opgeven	ĉesigi

Engels	Nederlands
draw to an end	⇆ op zijn eind lopen; ⇆ ten einde lopen
draw	⇆ aan het praten krijgen; ⇆ aanlokken; ⇆ aantrekken; ⇆ aftappen; ⇆ aftekenen; ⇆ afvissen; ⇆ attractie; ⇆ behalen; ⇆ beschrijven; ⇆ de revolver trekken; ⇆ dichttrekken; ⇆ gaan; ⇆ gelijkspel; ⇆ gelijkspelen; ⇆ halen; ⇆ in ontvangst nemen; ⇆ krijgen; ⇆ laten trekken; ⇆ lokken; ⇆ loten; ⇆ loterij; ⇆ loting; ⇆ maken; ⇆ match nul spelen; ⇆ meeslepen; ⇆ natekenen; ⇆ onbeslist laten; ⇆ onbesliste wedstrijd; ⇆ opentrekken; ⇆ opnemen; ⇆ optrekken; ⇆ puren; ⇆ putten; ⇆ reclameartikel; ⇆ rekken; ⇆ rekruteren; ⇆ remise; ⇆ schijf; ⇆ schoonmaken; ⇆ schuiven; ⇆ slepen; ⇆ spannen; ⇆ staan te trekken; ⇆ steken; ⇆ succesnummer; ⇆ successtuk; ⇆ tappen; ⇆ tekenen; ⇆ toeschuiven; ⇆ trek; ⇆ trekken; ⇆ trekkerij; ⇆ trekking; ⇆ trekpleister; ⇆ uit zijn tent lokken; ⇆ uithalen; ⇆ uithoren; ⇆ uitloten; ⇆ uitrekken; ⇆ uittekenen; ⇆ uittrekken; ⇆ verloting; ⇆ voorttrekken; ⇆ wegtrekken
end	⇆ afdeling; ⇆ afloop; ⇆ aflopen; ⇆ afmaken; ⇆ besluit; ⇆ besluiten; ⇆ doel; ⇆ dood; ⇆ een eind maken aan; ⇆ eind; ⇆ einde; ⇆ eindigen; ⇆ eindje; ⇆ eindpunt; ⇆ end; ⇆ kant; ⇆ oogmerk; ⇆ ophouden; ⇆ peuk; ⇆ peukje; ⇆ staartje; ⇆ stukje; ⇆ uiteinde; ⇆ uitmonden; ⇆ uitslag; ⇆ voleinden; ⇆ voleindigen