Dictionnaire néerlandais–français
Traduction française du mot néerlandais kijken
néerlandais | français (traduit indirectement) | espéranto |
---|---|---|
(toekijken; uitkijken; zien) | ||
🔗 Ze liep naar de badkamer en keek in de spiegel. | ||
(aanzien; beschouwen; bekijken; bezien; aankijken) | ||
🔗 Kijk niet naar de rommel. | ||
(aanzien; beschouwen; bekijken; kijken naar; bezien) | ||
🔗 Ze keek hem met een warme glimlach aan. | ||
(schouwen; aanzien; beschouwen; kijken naar; bezien; aankijken) | ||
🔗 Maar het gevoel dat hij bekeken werd, bleef. | ||
(beschouwen; bezien) | considérer | |
🔗 Aan de andere kant moet ik de zaken van de materiële kant bekijken. | ||
mirer | ||
relire | ||
; | ||
(aanblik; blik) | aspect ; regard ; spectacle ; vue | |
(verrekijker) | jumelles | |
🔗 Hij richtte de kijker die om zijn hals hing op het huis zelf. | ||
(verrekijker) | lunette | |
🔗 Hij had zijn kijker niet nodig. | ||
spectacle | ||
(onderzoeken; onder de loep nemen; checken) | ||
🔗 Je mag je ogen weleens laten nakijken. | ||
(checken; controleren) | ; ; vérifier | |
(loensen; scheelzien) | loucher | strabi |
🔗 Twee broertjes doen achter de rug van hun vader een wedstrijdje om wie het langst scheel kan kijken. | ||
terugkijken (omzien) | se retourner | rigardi returne |
(gadeslaan; observeren; toezien) | ||
🔗 Zit stil en kijkt toe. | ||
(kijken; toezien; uitkijken) | ||
🔗 Sam keek hoofdschuddend en lachend toe. | ||
(uitzien) | ; railler | |
(kijken; toekijken) | ||
🔗 Hij kon nu over de haven uitkijken. |