Information du mot doorkijken (néerlandais → espéranto: relegi)

Synonymes: herlezen, nalezen, teruglezen

Parti du discoursverbe
Prononciation/ˈdorkɛi̯kə(n)/
Césuredoor·kij·ken

Conjugaison

Indicatif
PrésentPassé
(ik) kijk door(ik) keek door
(jij) kijkt door(jij) keek door
(hij) kijkt door(hij) keek door
(wij) kijken door(wij) keken door
(jullie) kijken door(jullie) keken door
(gij) kijkt door(gij) keekt door
(zij) kijken door(zij) keken door
Subjonctif
PrésentPassé
(dat ik) doorkijke(dat ik) doorkeke
(dat jij) doorkijke(dat jij) doorkeke
(dat hij) doorkijke(dat hij) doorkeke
(dat wij) doorkijken(dat wij) doorkeken
(dat jullie) doorkijken(dat jullie) doorkeken
(dat gij) doorkijket(dat gij) doorkeket
(dat zij) doorkijken(dat zij) doorkeken
Impératif
Singulier/PlurielPluriel
kijk doorkijkt door
Participes
Participe présentParticipe passé
doorkijkend, doorkijkende(hebben) doorgekeken

Traductions

anglaisread again; read over again; re‐read
espérantorelegi
françaisrelire
polonaisprzeczytać ponownie