Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitslaan
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
beat out | ||
(klappen; meppen) | ; ; | |
🔗 Deze man heeft me geslagen. | ||
(kleppen; overgaan) | ||
(aanmunten) | ; | stampi |
(afranselen) | bashing ; beating ; buffetting ; battery | |
(verslaan) | ||
(verslaan) | ||
🔗 Deze man is in het dorp nog niet geslagen! | ||
(op; van; vanuit) | ; | |
🔗 Hij liep snel het hotel uit. | ||
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 Dat deed hij uit berekening. | ||
(over; voort; weg; verwijderd) | ; | |
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit. | ||
; | ||
🔗 De lampen waren uit. |
Nederlands | Engels |
---|---|
uitslaan | ⇆ beat; ⇆ beat out; ⇆ blaze out; ⇆ blaze up; ⇆ break out; ⇆ deflect; ⇆ drive out; ⇆ effloresce; ⇆ grow mouldy; ⇆ hammer; ⇆ knock out; ⇆ put forth; ⇆ rave; ⇆ shake; ⇆ shake out; ⇆ spread; ⇆ stretch; ⇆ strike out; ⇆ sweat; ⇆ throw out; ⇆ unfold |
onzin uitslaan | ⇆ talk nonsense |
zijn vleugels uitslaan | ⇆ stretch one’s wings |
slaan | ⇆ smash; ⇆ smite; ⇆ bang; ⇆ bash; ⇆ batter; ⇆ beat; ⇆ biff; ⇆ bludgeon; ⇆ bop; ⇆ buffet; ⇆ cane; ⇆ clap; ⇆ clobber; ⇆ coin; ⇆ cuff; ⇆ dash; ⇆ drub; ⇆ flail; ⇆ flap; ⇆ flog; ⇆ fold; ⇆ hit; ⇆ knock; ⇆ lash; ⇆ pound; ⇆ pulsate; ⇆ pulsation; ⇆ pulse; ⇆ punch; ⇆ rap; ⇆ sock; ⇆ strike; ⇆ swat; ⇆ thrash; ⇆ send; ⇆ skelp; ⇆ slam; ⇆ slap; ⇆ strap; ⇆ strike out at; ⇆ warble; ⇆ whack; ⇆ whip; ⇆ put; ⇆ pass; ⇆ take; ⇆ capture; ⇆ drive; ⇆ sing; ⇆ jug; ⇆ kick |
uit | ⇆ done; ⇆ for; ⇆ forth; ⇆ off; ⇆ out; ⇆ out of; ⇆ over; ⇆ through; ⇆ in a spirit of; ⇆ from; ⇆ from among; ⇆ in |
uitgeslagen | ⇆ mouldy; ⇆ sweating; ⇆ beaded |