Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word uiteenlopen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(divergeren)
diverge
(afwijken; schelen)
🔗 Sterren lopen geweldig uiteen in grootte, lichtkracht en oppervlaktetemperatuur.
(stromen; vlieten; vloeien)
🔗 Met zijn hand veegde hij het zweet van zijn voorhoofd dat in zijn ogen liep.
🔗 Elak vermande zich en liep het water in.
(gaan; te voet gaan)
piediri
(stappen; treden; benen)
🔗 Hij en John liepen naar hun ouders, die in de menigte stonden te wachten.
(tippelen; wandelen)
go for a walk
;
stroll
;
take the air
uiteen
(vaneen)
asunder
dise
uiteenlopend
(divergerend)
divergent
🔗 Ze riepen de uiteenlopende goden aan waarin ze geloofden, spuwden op de grond en maakten rituele gebaren om rampen af te wenden.

DutchEnglish
uiteenlopen differ; diverge
lopen bear; course; gait; go; hoof it; range; tread; walk; run; running; travel; trend; walking; water
uiteen asunder
uiteenlopend discordant; divergent