Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord hast

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(have got)
🔗 Do you have your own furniture?
(cause; get; make; bring)
🔗 Have the prisoners come ashore.
(receive; get; catch)
(hang onto; hold; retain; keep; maintain)

EngelsNederlands
have beetnemen; bezitten; drinken; gebruiken; hebben; houden; in het bezit zijn van; kennen; krijgen; laten; nemen; te pakken hebben