English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word look
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(appear; seem like; look like) | ; ; ; | |
(behold; here are; here is; here you are; now; lo and behold) | ; ; ; ; ; ; ; ziezo ; | |
(see) | ; | |
(gaze) | ; | |
(appearance; aspect; sight; view; countenance; guise; respect; looks) | ; ; ; ; | |
(appear; seem; act) | ||
(appearance; semblance) | ||
(expression; mien; air; appearance) | ; | |
(look at; behold; eye; view; watch) | ||
🔗 Look at your computer, | ||
(glance; glance at; take a look at) | ||
🔗 Let’s have a look at the garden first! | ||
(look about one) | ; | |
🔗 Liane looked about in puzzlement. | ||
(look about) | ; ; | |
🔗 He looked about him. | ||
look after (guard; keep; watch over; preserve; safeguard; watch) | ; | |
look after (follow up with one’s eyes) | postrigardi | |
look after (maintain; take care of; care for; attend) | ; | |
look after (nurse; babysit) | ||
(look; behold; eye; view; watch) | ; ; ; ; ; | |
🔗 And he could not look away. | ||
rigardi malsupren | ||
🔗 Then she looked down at her feet and noticed how old and worn her shoes were. | ||
look for (seek; search for; be after; go after) | ; ; | |
🔗 I look forward to it. | ||
(appear; look; seem like) | ; ; het uiterlijk hebben van ; ; ; | |
🔗 Those two may be demons, but they look like men and we shall wait until we know what they are and why they are here before we go away. | ||
(glance; glance at; have a look at) | ||
🔗 Let’s take a look at a simple function. | ||
lookdown (moon‐fish) | lunfiŝo | |
lookout (watcher) | ||
lookout (watcher) | <soldaat op observatiepost> | |
lookout (observer; watcher) | uitkijk | |
(appearance; aspect; look; sight; view; countenance; guise; respect) | ; | |
🔗 Because, judging by the looks of your men, they’re very much in need of it. | ||
(leave out; omit; skip; miss) | ; ; ; ; | |
achteloos voorbijgaan aan ; geen aandacht schenken aan | ||
(neglect) | pretervidi | |
🔗 This separating layer may easily be overlooked. |
English | Dutch |
---|---|
look | ⇆ aanblik; ⇆ aanzien; ⇆ air; ⇆ blik; ⇆ blikken; ⇆ eruit zien; ⇆ eruitzien; ⇆ eruit zien als; ⇆ gezicht; ⇆ kijken; ⇆ kijkje; ⇆ lijken; ⇆ mode; ⇆ ogen; ⇆ oogopslag; ⇆ uiterlijk; ⇆ uitzien op; ⇆ verraden; ⇆ vóórkomen; ⇆ zien; ⇆ zorgen |
be unable to bear the look of it | ⇆ het niet kunnen aanzien |
by the looks of it | ⇆ zo te zien |
cast a look at | ⇆ het oog slaan op |
good looks | ⇆ knap uiterlijk; ⇆ knapheid |
haunted look | ⇆ verwilderde blik |
have a look at | ⇆ bekijken; ⇆ bezichtigen; ⇆ een blik werpen op; ⇆ eens kijken naar |
he looks it | ⇆ het is hem aan te zien |
I can see it by your looks | ⇆ dat kan ik u aanzien |
I don’t like the look of it | ⇆ dat bevalt me niet; ⇆ ik vertrouw het niet zo |
it looks as if… | ⇆ het heeft de schijn alsof …; ⇆ het lijkt alsof… |
it looks like it | ⇆ het heeft er wel iets van |
it looks like rain | ⇆ het dreigt te regenen; ⇆ zo te zien gaat het regenen |
look about | ⇆ rondkijken; ⇆ rondzien |
look about for | ⇆ om zich heen kijken op zoek naar; ⇆ omkijken naar |
look about one | ⇆ de situatie opnemen; ⇆ om zich heen kijken; ⇆ zijn ogen de kost geven |
look after | ⇆ acht geven op; ⇆ behartigen; ⇆ bijhouden; ⇆ hoeden; ⇆ letten op; ⇆ nagaan; ⇆ nakijken; ⇆ nazien; ⇆ passen op; ⇆ soigneren; ⇆ toezicht houden op; ⇆ toezien op; ⇆ verzorgen; ⇆ waken over; ⇆ waken voor; ⇆ zorgen voor |
look after one’s interests | ⇆ zijn belangen behartigen |
look ahead | ⇆ vooruitzien |
look alive | ⇆ opmerkzaam zijn; ⇆ voortmaken |
look around | ⇆ rondzien |
look at | ⇆ aankijken; ⇆ aanzien; ⇆ bekijken; ⇆ beschouwen; ⇆ bezichtigen; ⇆ bezien; ⇆ kijken naar; ⇆ kijken op; ⇆ tegemoet zien |
look at home! | ⇆ kijk naar je eigen! |
look away | ⇆ de blik afwenden; ⇆ de ogen afwenden; ⇆ een andere kant uitkijken; ⇆ wegkijken |
look away from somebody | ⇆ iemand niet aankijken |
look back | ⇆ omkijken; ⇆ omzien; ⇆ terugblikken; ⇆ terugkijken; ⇆ terugzien |
look back on | ⇆ een terugblik werpen op; ⇆ terugblikken op |
look back upon | ⇆ een terugblik werpen op |
look before you leap | ⇆ bezint eer ge begint |
look behind | ⇆ omkijken |
look black | ⇆ er somber uitzien |
look blank | ⇆ beteuterd kijken; ⇆ op zijn neus kijken |
look down | ⇆ afkijken; ⇆ afzien; ⇆ dalen; ⇆ neerkijken; ⇆ neerzien; ⇆ zakken |
look down on | ⇆ neerkijken op; ⇆ neerzien op |
look down one’s nose at | ⇆ minachten; ⇆ neerkijken op; ⇆ neerzien op; ⇆ zijn neis ophalen voor |
look down upon | ⇆ laag neerzien op; ⇆ neerkijken op; ⇆ neerzien op |
look for | ⇆ opzoeken; ⇆ uitzien naar; ⇆ verwachten; ⇆ zoeken; ⇆ zoeken naar |
look for trouble | ⇆ ruzie zoeken |
look forward to | ⇆ tegemoet zien; ⇆ tegemoetzien; ⇆ uitkijken naar; ⇆ uitzien naar; ⇆ verlangend uitzien naar; ⇆ verwachten; ⇆ vlassen op; ⇆ zich verheugen op |
look hard at | ⇆ strak aankijken; ⇆ streng aankijken |
look here | ⇆ hoor eens |
look here! | ⇆ kijk eens aan! |
look in | ⇆ even aanlopen; ⇆ inkijken |
look into | ⇆ inzien; ⇆ kijken in; ⇆ nagaan; ⇆ onderzoeken; ⇆ uitzien op; ⇆ zich buigen over |
look in to | ⇆ even aanlopen bij |
look like | ⇆ ernaaruit zien; ⇆ gelijken; ⇆ lijken; ⇆ lijken op |
look like each other | ⇆ op elkaar lijken |
look of inquiry | ⇆ vragende blik |
look on | ⇆ toekijken; ⇆ toezien |
look one’s best | ⇆ er op zijn voordeligst uitzien |
look one’s last at | ⇆ een laatste blik werpen op |
look out! | ⇆ kijk uit!; ⇆ opgepast!; ⇆ uitkijken!; ⇆ voorzichtig! |
look out | ⇆ goed uitkijken; ⇆ op de uitkijk staan; ⇆ uitkijken; ⇆ uitzien; ⇆ uitzoeken |
look out for | ⇆ omzien naar; ⇆ uitkijken naar; ⇆ uitzien naar; ⇆ verwachten |
look out on | ⇆ uitzien op |
look out upon | ⇆ uitzien op |
look over | ⇆ bekijken; ⇆ doorkijken; ⇆ dóórzien; ⇆ opnemen; ⇆ overkijken; ⇆ óverzien |
look round | ⇆ om zich heen zien; ⇆ omkijken; ⇆ omzien |
look sharp | ⇆ haast maken; ⇆ voortmaken |
look sharp! | ⇆ vlug wat! |
look somebody through and through | ⇆ iemand heel en al doorzien; ⇆ iemand scherp aankijken |
look somebody up and down | ⇆ iemand van het hoofd tot de voeten opnemen; ⇆ iemand van hoofd tot voeten opnemen |
look the part | ⇆ het juiste uiterlijk ervoor hebben |
look through | ⇆ doorbladeren; ⇆ doorkijken; ⇆ doornemen; ⇆ dóórzien; ⇆ goed bekijken; ⇆ kijken door |
look to | ⇆ letten op; ⇆ passen op; ⇆ rekenen op; ⇆ uitzien naar; ⇆ uizien op; ⇆ vertrouwen op; ⇆ zien naar; ⇆ zorgen voor |
look towards | ⇆ overhellen naar; ⇆ uitzien naar; ⇆ uitzien op |
look up | ⇆ beter gaan; ⇆ komen opzoeken; ⇆ nakijken; ⇆ naslaan; ⇆ nazien; ⇆ nazoeken; ⇆ opkijken; ⇆ opknappen; ⇆ opzien; ⇆ opzoeken; ⇆ stijgen |
look up to | ⇆ opzien tegen |
look well | ⇆ goed staan |
not look one’s age | ⇆ er jonger uitzien dan men is; ⇆ er nog goed uitzien voor zijn leeftijd; ⇆ jonger lijken dan men is |
not worth looking at | ⇆ het aankijken niet waard |
piercing look | ⇆ doorborende blik |
take a look at | ⇆ bekijken; ⇆ een blik werpen op; ⇆ eens kijken naar |
lookdown | ⇆ neerkijker |
looker | ⇆ kijker |
lookout | ⇆ uitkijk; ⇆ uitzicht; ⇆ vooruitzicht |
looks | ⇆ gezicht; ⇆ uiterlijk; ⇆ vóórkomen |
look‐see | ⇆ kijkje |
overlook | ⇆ door de vingers zien; ⇆ gadeslaan; ⇆ in het oog houden; ⇆ over het hoofd zien; ⇆ overzíén; ⇆ toezien op; ⇆ uitzicht hebben op; ⇆ uitzien op; ⇆ voorbijzien |
unlooked‐for | ⇆ onverhoopt; ⇆ onverwacht |