English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word take the waters

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(occupy; engage; fill; hold; involve); ;
(lay hold of; pick up; get); ;
🔗 He reached across the table and took her two hands.
(abstract; take away; remove; seize);
(bite; bite at; rise; rise to the bait; take the bait)
allogaĵmordi
(bite; rise to the bait; take the bait; rise)
ekmordi
(plunder; rob; loot; kidnap; reave)
🔗 Liane flung down a leather sack, taken this very morning.
🔗 Silard took a deep breath.
🔗 When the good Lord needs me, he will take me.
🔗 This means the planet is warm enough for water to be present on its surface.
(irrigate); ; ; ;
water geven
(sprinkle; spatter);
;
priverŝi
ŝprucakvumi
(of water; watery);
waterhoudend
;
(drink)
🔗 At the base of each mountain range, on the inner side of the triangle, ran a stream of water.
🔗 Drink a little water.

EnglishDutch
take the waters te water gaan
take aanbijten; aangrijpen; aannemen; aanslaan; aanvaarden; afkrijgen; afleggen; afnemen; afzetten; begrijpen; behalen; benemen; beroven van; beschouwen; bezetten; bezorgen; brengen; buitmaken; doen; drinken; erover doen; gebruiken; geven; halen; houden; in behandeling nemen; in beslag nemen; incasseren; innemen; inslaan; inwinnen; kieken; kosten; krijgen; leiden; maken; meenemen; nemen; noteren; nuttigen; ontvangen; ontvangst; opdoen; opname; opnemen; opschrijven; opvatten; opvolgen; overbrengen; overnemen; pakken; recette; slaan; snappen; springen over; succes hebben; te baat nemen; tot zich nemen; vangen; vangst; vatten; veroveren; voeren; volgen; waarnemen; zich schikken; … in slaan
water aanlengen met water; begieten; bespoelen; besproeien; bewateren; drenken; in de week leggen; lopen; majem; plas; sproeien; tranen; van water voorzien; verwateren; vruchtwater; water; water geven; water innemen; wateren