Dictionnaire néerlandais–français
Traduction française du mot néerlandais scheppen
néerlandais | français (traduit indirectement) | espéranto |
---|---|---|
(maken) | composer ; | |
🔗 Het zegt u niets dat op deze plek heerlijke meesterwerken geschapen zijn. | ||
(hozen) | puiser | |
(opscheppen) | pelleter | |
(creëren; maken) | ||
🔗 Tom Poes had intussen het heuveltje beklommen waar heer Ollie zijn beeltenis uit graniet had geschapen. | ||
(creëren) | créer | |
🔗 Zo’n huis schept een mooie sfeer! | ||
créer | ||
🔗 In den beginne schiep God de hemel en de aarde. | ||
vreugde scheppen in | se réjouir de | |
(bluffen; ophakken; pochen; snoeven; snorken; stoffen; zwetsen; grootspreken; opsnijden) | faire le malin ; fanfarroner | |
🔗 Misschien had ik een beetje te veel opgeschept in mijn brieven aan haar. | ||
(scheppen) | pelleter | |
(schop) | pelle | |
🔗 Folke Bengtsson stond bij het kippehok met een schep in zijn hand. | ||
scheppend (creatief) | créateur | |
créateur | ||
🔗 Onder hen zal Ian Flemming, schepper van James Bond, geheim agent zonder weerga, lang een belangrijke plaats blijven innemen. | ||
(creatuur) | créature | |
🔗 Het schepsel antwoordde in zijn eigen taal. |