Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word volwassen
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(groot; volgroeid) | ; full‐grown ; | |
🔗 Zijn slachtoffer was toen een volwassen vrouw. | ||
🔗 Met haar volle wangen en gave huid is Erwiana bijna onherkenbaar. | ||
🔗 Staat de Bijbel vol met fouten? | ||
(gevuld; volledig) | ||
🔗 Majoor Smythe sprak hier de volle waarheid. | ||
🔗 Een volle maag heeft de vorm van een omgekeerde peer: breed van boven en smal van onder. | ||
(verzadigd) | ; replete | |
(heel) | ; overall ; ; integral ; ; outright ; thorough | |
🔗 En als ik de volle waarheid vertel? | ||
(heel; volledig; voltallig) | ||
volwassene | ||
volwassenheid | ||
volwassenheid | ||
🔗 Volgens de regering zijn meer dan zeshonderdduizend mensen getroffen door het wassende water. | ||
lesivi | ||
(opgaan; oprijzen; opstijgen; rijzen; stijgen; zich verheffen; de hoogte in gaan) | ||
(ómspoelen; uitwassen) | ; | |
🔗 Ze wastte haar lange, donkere haar. | ||
(was‐) | ||
(groeien; toenemen; aanwassen) | ; | |
🔗 De oude maan verdween en een nieuwe maan wies en nam af in de wereld daarbuiten, terwijl wij daar vertoefden. | ||
(mengen; mêleren) | shuffle |
Dutch | English |
---|---|
volwassen | ⇆ adult; ⇆ full‐grown; ⇆ fully fledged; ⇆ grown; ⇆ grown‐up; ⇆ matured |
halfvolwassen | ⇆ half‐grown |
onvolwassen | ⇆ immature; ⇆ half‐grown; ⇆ not full‐grown |
vol | ⇆ at her full; ⇆ at the full; ⇆ crowded; ⇆ even; ⇆ flush; ⇆ fraught; ⇆ fraught with; ⇆ full; ⇆ german; ⇆ instinct with; ⇆ pregnant with; ⇆ replete; ⇆ rich; ⇆ riddled; ⇆ rotund; ⇆ thick; ⇆ full up; ⇆ full of; ⇆ filled with; ⇆ packed with |
volwassene | ⇆ adult; ⇆ grown‐up |
volwassenheid | ⇆ adulthood; ⇆ manhood; ⇆ womanhood |
wassen | ⇆ be on the increase; ⇆ grow; ⇆ increase; ⇆ launder; ⇆ lave; ⇆ pan off; ⇆ pan out; ⇆ wash; ⇆ wax; ⇆ waxen; ⇆ wash down; ⇆ washing; ⇆ shuffle; ⇆ rise; ⇆ wash up |