Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord voorhouden
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(bevatten; inhouden) | ; | enteni |
🔗 Putin houdt dinsdag een toespraak op het Rode Plein in Moskou. | ||
(bijhouden; vasthouden; voeren; huldigen) | ; ; ; ; | |
🔗 Hij maakte de hond los en hield hem aan de lijn naast zich. | ||
(gadeslaan; in acht nemen; observeren; waarnemen) | observe | |
🔗 Kan iemand God kennen en zijn geboden niet houden? | ||
; | ||
🔗 Wanneer heeft een priester ooit een eed gehouden? | ||
; | ||
🔗 De buren van Wims vader hielden een winkel van feestartikelen, die er nu ook nog staat. | ||
(aan; bij; naar; op; tegen; tot; naar … toe) | ; ; ; ; | |
🔗 Het publiek voelde veel sympathie voor haar. | ||
(geleden) | ; ; ; ; | |
🔗 Dat was een schot voor open doel. | ||
(aleer; alvorens; eer; vooraleer; voordat) | ; previous to | |
🔗 Denk dus wel na vóór u begint. | ||
(aan; door; met; om; uit; van; vanwege; wegens) | ; ; ; ; | |
🔗 Moet ik dan betalen voor mijn goede daden? | ||
(groef; rimpel; vore) | furrow | |
🔗 Het zaad ligt in de voren, de oogst zal ongetwijfeld mooi zijn. | ||
(aan; jegens; met; om; op; te; tot; bij) | ; ; | |
🔗 In 2020 ging het land ook al bankroet, voor de tweede keer in nog geen twintig jaar. | ||
(om; op; ten behoeve van; ter wille van) | ; | |
🔗 Kun jij die voor ons krijgen? | ||
(binnen; tot; tot aan; naar; tot op) | ||
(aan; jegens; met; tegen; tegenover; op) | ; | |
🔗 En niemand is er immuun voor. | ||
(aan; in; met; naar; omtrent; op; over; van) | ; ; | |
🔗 Maak een uitzondering voor hoogopgeleiden. |
Nederlands | Engels |
---|---|
voorhouden | ⇆ hold before; ⇆ hold up; ⇆ keep on; ⇆ point out |
iemand iets voorhouden | ⇆ point something out to somebody; ⇆ remonstrate with somebody on something; ⇆ expostulate with somebody about something |
houden | ⇆ carry; ⇆ conduct; ⇆ deliver; ⇆ delivery; ⇆ give; ⇆ have; ⇆ hold; ⇆ keep; ⇆ keep to; ⇆ maintain; ⇆ make; ⇆ poise; ⇆ preserve; ⇆ retain; ⇆ tenure; ⇆ run; ⇆ take; ⇆ contain; ⇆ observe; ⇆ celebrate |
voor | ⇆ afore; ⇆ ahead; ⇆ ahead of; ⇆ at; ⇆ before; ⇆ by; ⇆ chase; ⇆ ere; ⇆ for; ⇆ furrow; ⇆ in advance of; ⇆ in consideration of; ⇆ in return for; ⇆ in the case of; ⇆ previous to; ⇆ prior to; ⇆ pro; ⇆ to; ⇆ toward; ⇆ towards; ⇆ unto; ⇆ this side of; ⇆ in front of; ⇆ in the way of; ⇆ off; ⇆ ago; ⇆ from; ⇆ in favour of; ⇆ in the cause of; ⇆ in; ⇆ in front; ⇆ fast |