Niederländisch–Deutsches Wörterbuch

Deutsche Übersetzung des niederländischen Wortes springen

Niederländisch → Deutsch
  
NiederländischDeutsch (indirekt übersetzt)Esperanto
(barsten; bersten; openbarsten; scheuren);
platzen
;
zerplatzen
;
zerspringen
;
aufplatzen
;
aufreißen
;
Risse bekommen
;
(scheuren);
einreißen
;
🔗 Ik sprong dus de struiken in.
(te hulp komen; te hulp schieten)
mit Hand anlegen
;
beispringen
Hochsprung
;
ersetzen
;
an Stelle treten
;
vertreten
;
Ersatz sein für
;
Vertreter sein für
eine neue Zeile beginnen
;
eingerückt drucken
;
eingerückt schreiben
(opwellen; voortkomen; wellen)
entspringen
;
hervorsprudeln
sich körnen
aufplatzen
;
aufspringen
aufspringen
🔗 Een ogenblik later sprong hij weer op.
(aanslaan; stuiten)
resalti
überspringen
transsalti
springbalsemien
(reuzenbalsamien; reuzenbalsamine; reuzenbalsemien)
Drüsiges Springkraut
;
Indisches Springkraut
;
Rotes Springkraut
;
Himalaja‐Balsamine
spring‐in‐’t‐veld
Springinsfeld
springlading
Sprengladung
(explosief)
Explosivstoff
;
Sprengstoff
🔗 Maar we hebben geen springstof meer, professor.
Sprengkörper
;
Sprengvorrichtung
springveer
(drijfveer; veer)
Feder
;
Triebfeder
Sprung
🔗 Met grote sprongen naderde ik de plek.
(afstuiten)
resalti
(uitstaan; uitsteken; vooruitsteken)
vorstehen
(uitspringen; uitstaan; uitsteken; vooruitsteken)
vorstehen
🔗 Zo kwam de barkas langs een gedeelte van de ijswand dat onze aandacht trok, doordat het over een afstand van enige honderden meters vooruitsprong buiten de vrij regelmatig gestrekte muur.
entspringen
forsalti