Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord huwelijksband
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(strook) | binding ; tape ; | |
🔗 Ik stak mijn linkerhand uit, zover als mijn banden dat toelieten, en slaagde erin het kleine stuk vlees te bemachtigen dat de ratten nog hadden overgelaten. | ||
(boekband) | binding ; | |
binding ; | ||
ligament | ||
(binding) | ||
🔗 Diverse grote banken in Denemarken verbreken hun banden met kredietbeoordelaar Moody’s. | ||
; fillet ; ; | ||
(orkest) | ||
🔗 Ik maakte hem mijn compliment over zijn band en zijn dansende vrouwen. | ||
(muziekkorps; orkest) | ||
🔗 De banden waren al half in het zand verdwenen. | ||
(lint) | ribbon ; | |
(streep; strook) | ||
(boekdeel; deel; volumen) | ||
🔗 Het was een dunne band en het kostte nauwelijks om het in zijn zak te laten glijden. | ||
(link) | connection ; ; ; | |
🔗 Welke banden heeft de PVV met Rusland? | ||
(beugel; ring) | ||
(echt; echtverbintenis; huwelijkse staat) | marriage | |
🔗 Hoezo is mijn huwelijk niet geldig? | ||
marriage | ||
marriage ; wedding | ||
🔗 Hij had de titel in handen gekregen door een huwelijk, niet door afkomst of op enige andere wijze. | ||
(echt; echtverbintenis) | marriage | |
(echt; echtverbintenis; verbintenis) | ||
🔗 De uitwerking hiervan op het huwelijk is vaak fataal. | ||
(trouwerij; echtvereniging) | marriage ; wedding | |
🔗 Durrell hield zich aan zijn deel van de overeenkomst en sprak de volgende twee dagen met geen woord over het huwelijk. |
Nederlands | Engels |
---|---|
huwelijksband | ⇆ marriage knot |
band | ⇆ affiliation; ⇆ allegiance; ⇆ attachment; ⇆ band; ⇆ belt; ⇆ binder; ⇆ binding; ⇆ bond; ⇆ bonding; ⇆ brace; ⇆ braid; ⇆ cement; ⇆ circlet; ⇆ connection; ⇆ cord; ⇆ couple; ⇆ cushion; ⇆ hoop; ⇆ knot; ⇆ ligament; ⇆ ligature; ⇆ link; ⇆ nexus; ⇆ riband; ⇆ ribbon; ⇆ tie; ⇆ tyre; ⇆ string; ⇆ tape; ⇆ strap; ⇆ tie‐up; ⇆ fillet; ⇆ sling; ⇆ truss; ⇆ bandage; ⇆ cover; ⇆ case; ⇆ volume; ⇆ wave‐band |
huwelijk | ⇆ alliance; ⇆ bed; ⇆ marriage; ⇆ match; ⇆ matrimony; ⇆ wedding; ⇆ wedlock |