Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord het woord nemen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
ekparoli
🔗 Ten slotte nam ze het woord.
(pakken; vatten);
🔗 Wild nam hij haar.
(aannemen; aanvaarden; ontvangen); ;
🔗 Maar Caroline Crale nam dat zomaar niet.
🔗 Dadelijk greep hij ernaar en nam gulzig een paar grote slokken.
🔗 Hij dreigde ons met zijn revolver en nam de koffer.
(doen)
🔗 President Erdoğan zegt dat maatregelen zijn genomen om de daders zo snel mogelijk te arresteren.
🔗 Elk woord is hier te veel.
🔗 Je hebt het woord „moordenaar” gebruikt.
🔗 Het woord is aan de markies de Cantecler.
🔗 En u moet nu maar erg op uw woorden passen!
🔗 De drager van deze ring moet zich altijd aan zijn woord houden, zie je?

NederlandsEngels
het woord nemen get on one’s legs; rise
nemen carry; get; have; make; negotiate; retain; take; shoot; take out; capture; engage; book; fool; take in; cheat; do
woord parole; word; vocable