Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord broeden

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(bebroeden; broeden op);
🔗 Daar broedt altijd een roodborsttapuit.
broeden op
(broeden)
;
(broeden);
🔗 Een ei moet warm bebroed worden.
(broedmachine; couveuse)
incubator
breeding season
🔗 Na een korte broedtijd van twaalf dagen komt het koekoeksjong meestal als eerste uit z’n ei.
hatch

NederlandsEngels
broeden brood; cover; hatch; incubate; sit
broeden op brood on; brood over; ruminate upon; ruminate on; ruminate of; ruminate about; hatch
bebroeden incubate; brood; sit on
broedei brood egg
broedseizoen breeding‐season
broedtijd breeding‐season
gebroed brood; spawn
uitbroeden brood; concoct; hatch; incubate