Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord afgeven
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
come off | delasi farbon | |
(in bewaring geven) | deposit ; ; ; ; | |
🔗 Als er geld in die koffer zit, wat ik erg betwijfel, geeft hij hem niet af in het bagedepot. | ||
(verspreiden) | spread ; broaden ; disseminate ; dispense ; ; propagate ; widen | disvastigi |
tinkturmakuli | ||
(aangeven; aanreiken; afdragen; overbrengen; overgeven; overreiken; toereiken; overdragen) | ; hand over ; | |
🔗 Dit is het pakje dat hij zou afgeven. | ||
afgeven op (afbreken; afkammen) | cry down ; run down | diskreditigi |
; impart ; ; ; ; ; | ||
🔗 Gij gaaft het al. | ||
(aangeven; verlenen; uitbrengen) | ||
🔗 Geef me vijf minuten. | ||
🔗 Hoeveel geef je voor deze jas? | ||
(toebrengen) | ||
🔗 Waar kan ik een feest geven? | ||
(opbrengen; bieden) | ; | |
🔗 De hemel geve dat het zo is. | ||
(opleveren) | ||
🔗 Het gras op de weide verdorde en de koe gaf geen melk. | ||
🔗 De meeste prikken kunnen de eerste 2 dagen koorts geven. | ||
(schenken) | ||
🔗 Hadden ze hem de taak gegeven ons te vertellen wanneer we zouden vertrekken? |
Nederlands | Engels |
---|---|
afgeven | ⇆ bleed; ⇆ check; ⇆ come off; ⇆ deliver; ⇆ deliver over; ⇆ deliver up; ⇆ emit; ⇆ give; ⇆ give forth; ⇆ give off; ⇆ give out; ⇆ give up; ⇆ hand; ⇆ hand in; ⇆ hand out; ⇆ hand over; ⇆ issue; ⇆ send forth; ⇆ send in; ⇆ stain |
afgeven op | ⇆ decry; ⇆ gird at; ⇆ pick on; ⇆ cry down; ⇆ run down |
een wissel afgeven op | ⇆ draw on; ⇆ draw a bill on |
zich afgeven met | ⇆ play about with; ⇆ play around with; ⇆ take up with; ⇆ meddle with |
geven | ⇆ afford; ⇆ allow; ⇆ bestow; ⇆ catch; ⇆ convey; ⇆ deal; ⇆ deliver; ⇆ emit; ⇆ fetch; ⇆ give; ⇆ give forth; ⇆ give out; ⇆ giving; ⇆ hit; ⇆ impart; ⇆ mete out; ⇆ pass; ⇆ present; ⇆ put; ⇆ put on; ⇆ render; ⇆ return; ⇆ spare; ⇆ yield; ⇆ run; ⇆ take; ⇆ make a present of; ⇆ present with; ⇆ produce; ⇆ hand; ⇆ volunteer |