Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord Namen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
Namur
🔗 De politie van Namen is, met de hulp van speurhonden, op zoek naar de ontsnapten.
; ;
🔗 Hebt u hun namen gehoord?
(benaming)
🔗 „De bevrijding van Artëmovsk gaat door”, zei hij, waarbij hij de naam uit het Sovjettijdperk voor Bachmut gebruikte.
(aannemen; aanvaarden; ontvangen); ;
🔗 Maar Caroline Crale nam dat zomaar niet.
(pakken; vatten);
🔗 Wild nam hij haar.
(doen)
🔗 President Erdoğan zegt dat maatregelen zijn genomen om de daders zo snel mogelijk te arresteren.

NederlandsEngels
Namen Namur
naam appellation; appellative; denomination; designation; fame; moniker; name; reputation; repute
nemen carry; get; have; make; negotiate; retain; take; shoot; take out; capture; engage; book; fool; take in; cheat; do