Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord sweep the board
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(clutch; grip; cling to; get caught on) | alkroĉiĝi al | |
(wainscot) | lignogarni | |
(plank) | ||
(executive; administration) | ||
(directorate) | ||
(tread; walk; walk upon) | ; | |
(directorate) | ||
(board table) | estrara tablo | |
(administration; management) | ; | |
(access; approach; drive) | ||
(whisk) | ; | |
(command; cover) | pafatingi | |
(expanse; expansion; extension; stretch) | ||
🔗 Not a tree nor a house broke the broad sweep of flat country that reached to the edge of the sky in all directions. |
Engels | Nederlands |
---|---|
sweep the board | ⇆ alle prijzen in de wacht slepen; ⇆ met de hele inzet strijken; ⇆ met de hele winst strijken |
board | ⇆ aan boord gaan; ⇆ aan boord gaan van; ⇆ aanklampen; ⇆ beplanken; ⇆ beschieten; ⇆ bestuur; ⇆ bestuurstafel; ⇆ boord; ⇆ bord; ⇆ bordje; ⇆ bordpapier; ⇆ college; ⇆ commissie; ⇆ deel; ⇆ departement; ⇆ directie; ⇆ dis; ⇆ enteren; ⇆ in de kost doen; ⇆ in de kost hebben; ⇆ in de kost nemen; ⇆ in de kost zijn; ⇆ instappen; ⇆ karton; ⇆ kost; ⇆ kostgeld; ⇆ met planken beschieten; ⇆ ministerie; ⇆ plank; ⇆ raad; ⇆ schap; ⇆ stappen in; ⇆ tafel |
sweep | ⇆ aanvegen; ⇆ afdreggen; ⇆ afjagen; ⇆ afschuimen; ⇆ afvissen; ⇆ afzoeken; ⇆ als een storm gaan over; ⇆ bereik; ⇆ bestrijken; ⇆ bocht; ⇆ draai; ⇆ dreggen; ⇆ gebied; ⇆ golvende lijn; ⇆ helemaal omvatten; ⇆ in een ruime bocht liggen; ⇆ jagen; ⇆ lange roeiriem; ⇆ meeslepen; ⇆ oprijlaan; ⇆ opstrijken; ⇆ opvegen; ⇆ reikwijdte; ⇆ schieten; ⇆ schoonvegen; ⇆ schoorsteenveger; ⇆ slag; ⇆ slepen over; ⇆ sleuren; ⇆ strijken; ⇆ strijken over; ⇆ uitgestrektheid; ⇆ vaart; ⇆ veeg; ⇆ vegen; ⇆ vliegen; ⇆ wegmaaien; ⇆ wegsleuren; ⇆ wegvegen; ⇆ wegvoeren; ⇆ zich statig bewegen; ⇆ zich uitstrekken; ⇆ zich zwierig bewegen; ⇆ zwaai; ⇆ zwenken; ⇆ zwenking |