Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord hand‐cart
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
hand‐cart (carriage; barrow; waggon) | schrijfmachinewagen ; | |
(waggon; trolley) | ; | |
🔗 I don’t want to go on the cart! | ||
(hand over) | ; ; ter hand stellen | |
(labourer; operative; worker; working man; workman) | ||
🔗 Scales laid a hand on his shoulder. | ||
(convey; hand over; pass; assign; deliver; transmit; transfer; turn over) | ; ; ; ; | |
(veteran; ex‐serviceman) | ||
(indicator) |
Engels | Nederlands |
---|---|
hand‐cart | ⇆ handkar; ⇆ handwagen |
cart | ⇆ kar; ⇆ met een kar vervoeren; ⇆ slepen; ⇆ wagen; ⇆ zeulen |
hand | ⇆ aangeven; ⇆ aanreiken; ⇆ afgeven; ⇆ arbeider; ⇆ arbeidskracht; ⇆ geven; ⇆ hand; ⇆ handschrift; ⇆ handtekening; ⇆ handvol; ⇆ kaart; ⇆ kam; ⇆ man; ⇆ overhandigen; ⇆ overreiken; ⇆ poot; ⇆ spel; ⇆ speler; ⇆ ter hand stellen; ⇆ toereiken; ⇆ voorpoot; ⇆ wijzer |