English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word side

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(incidental)
bij‐
;
minder belangrijk
; ;
zij‐
;
🔗 The side walls were of stakes set upright a few inches in the ground and fastened together at their tops and bottoms by creepers.
(aspect; flank); ;
🔗 As Rand watched his side of the road, the feeling grew in him that he was being watched.
(acclivity; hillside; slope; declivity; gradient; slant)
(party; camp; faction)
🔗 China has reliably backed Russia in opposing US condemnation of the Ukraine invasion in international forums, but says it will not provide arms to either side in the war.
;
🔗 So if there are conditions coming from the British side which we cannot accept, then we will go on our own way without an exit agreement.
get out of bed on the wrong side
(get up on the wrong side of bed)
met het verkeerde been uit bed stappen
miskomenci la tagon
(left);
maldekstra flanko
🔗 The assignment operator causes the operand on the left side of the operator to have its value changed to whatever is on the right side of the operator.
on both sides
(on either side)
;
on every side
aan alle kanten
ĉiuflanke
on the side of
(alongside; beside; next to; sideways to; adjacent to)
on this side of
;
aan deze zijde van
reverse side
(back; reverse)
reverse side
(back; reverse)
;
malantaŭa flanko
🔗 I believe that I asked you to use the side entrance.
(hold with; take part with; take sides with)
partij kiezen voor
;
de partij kiezen van
🔗 Trump also sent an unmistakable message to Republicans, who are already playing into Putin’s hands by branding the current president as weak, that siding with a US foe is the way into the ex‐president’s affections ahead of this year’s midterm primaries.
take sides with
(side with; hold with; take part with)
partij kiezen voor
;
de partij kiezen van
upper side
;
supra flanko
(beside; next to; sideways to; adjacent to; on the side of)
(at; beside; by; near; near to; next to)
🔗 He heard them only as murmurs in the background, even when they walked alongside him for a distance as they spoke.
(together with; along with; accompanied by); ; ;
🔗 The head of the village council, who had stayed to coordinate the defence of the area, was among those killed, alongside her husband and son.
(along; down); ;
(to the side; sideways);
flanken
🔗 He put the thought aside.
;
(country)
devil‐on‐all‐sides
(corn buttercup; scratch burr)
(disadvantage; drawback)
🔗 Leaving the 28‐nation bloc—the largest free‐trade area in the world—would have “no downsides, only considerable upsides”, former Brexit secretary David Davis said.
hillside
(acclivity; slope; declivity; gradient; side; slant)
; ;
schuinte
hillside
monteta deklivo
(inner; internal; endogenous; inland; interior)
;
(interiorly; internally; inwardly; within; on the inside);
🔗 Once police arrived, they found Vasquez leaving the motel room with the girl inside.
(inwards; inward)
internen
🔗 Liane peered inside.
(within; inside of);
🔗 Some tried to hide inside the brothels.
(interior);
🔗 It has pointed lobes at the mouth and the inside is filled with white hairs.
; ;
mountainside
(seaboard)
🔗 Brighton has always had an issue with beach visitors leaving rubbish, but at the end of June, the seafront became a destination for people coming out of lockdown
sidecar
zijspan
🔗 All such side‐effects of a function should be carefully documented.
side‐issue
(accessory; adjunct; appurtenance)
side‐issue
(accessory matter; sideshow)
side‐issue
(matter of secondary importance; matter of minor importance; accessory matter)
side‐issue
(hobby; pastime)
🔗 Mao instigated the Cultural Revolution in 1966 to reinvigorate the party as well as sideline opponents
sideshow
(accessory matter; side‐issue)
sidestep
(avoid; evade; elude; circumvent; shirk; steer clear of; avert; bilk)
;
sidetrack
doen afdwalen
devojigi
(pavement; footpath);
sideways
(to the side; aside)
flanken
(whiskers; sideboards; sideburns)
two‐sided
underside
(bottom)
malsupra flanko
underside
(bottom)
;
underside
(lower part)
suba parto
(advantage; benefit; edge)
(bank; shore; coast)
🔗 Of trees and bushes of the waterside, willows and poplars are the most important.
(waterfront)
white‐sided

EnglishDutch
side effect; effectbal; elftal; equipe; flank; gezichtspunt; helling; kant; kantje; partij; ploeg; wand; zij; zijde; zijkant
a thorn in one’s side een doorn in het vlees
at one’s side aan zijn zijde
at the side of opzij van
batting side slagpartij
be on somebody’s side op iemands hand zijn
be on the right side of forty nog geen veertig zijn
be on the safe side het zekere voor het onzekere nemen
blind side zwakke zijde
by his side naast hem
change sides van partij veranderen; van partij wisselen; van plaats wisselen; van standpunt veranderen
creditor side creditzijde
credit side creditzijde
debit side debetzijde
debtor side debetzijde
east side oostzij; oostzijde
fielding side veldpartij
from all sides van alle kanten
from every side van alle kanten
from side to side heen en weer
front side voorzij; voorzijde
get on the right side of in de gunst komen bij
get out of bed on the wrong side met het verkeerde been uit bed stappen
hold one’s sides with laughter zijn buik vasthouden van het lachen
home side thuisclub
inner side binnenzij; binnenzijde
it is a thorn in his side dat is hem een doorn in het oog
lee side lijzij; lijzijde
left‐hand side linkerzij; linkerzijde
left side linkerkant; linkerzij; linkerzijde
near side linkerkant
north side noordkant
on all sides aan alle kanten; van alle kanten
on both sides aan weerskanten; beiderzijds; van weerskanten
on every side aan alle kanten; van alle kanten
on my side naast mij; op mijn hand; van mijn kant
on one side aan één kant; scheef
on the one side enerzijds
on the other side aan de andere kant; aan de overzijde; aan gene zijde; aan gindse kant; van de andere kant
on the safe side aan de veilige kant
on the … side aan de … kant
on the side erbij
on the … side wat betreft de …
on the side of aan de zijde van
on the thither side aan gene zijde
on the wrong side of boven de
on this side aan deze kant; dezerzijds
pick sides partij kiezen
place on one side opzij zetten; ter zijde leggen
put on one side opzij zetten; ter zijde leggen; ter zijde stellen
put on side effect geven; het hoog in de bol hebben; zich heel wat verbeelden
put side on effect geven aan
range oneself on the side of zich scharen aan de zijde van
reverse side achterkant; achterzij; achterzijde; keerzij; keerzijde
right side rechterkant; rechterzij; rechterzijde
seamy side keerzij; keerzijde
shady side schaduwkant; schaduwzijde
side against partij kiezen tegen
side branch zijtak
side by side naast elkaar; zij aan zij
side by side with naast
side door zijdeur
side entrance zij‐ingang
side exit zijuitgang
side purpose bijbedoeling
side wall zijmuur
side with de partij kiezen van; partij kiezen voor
side with somebody op iemands hand zijn
spear side mannelijke linie; zwaardzijde
split one’s side zich een bult lachen; zich een ongeluk lachen; zich krom lachen; zich rot lachen; zich te barsten lachen
split one’s sides barsten van het lachen; in een deuk liggen; zich bescheuren; zich een bult lachen; zich rot lachen
split one’s sides with laughter zich een aap lachen
split one’s side with laughter stikken van het lachen; zich doodlachen; zich een ongeluk lachen; zich krom lachen; zich te barsten lachen; zijn buik vasthouden van het lachen
sunny side zonzijde
take sides partij kiezen
take sides with de partij kiezen van; partij kiezen voor
the bright side de zonzijde
the dark side de schaduwzijde
the other side de andere kant; de overzijde; de vijand
there is much to be said on both sides er is veel voor en veel tegen te zeggen
there’s another side to the picture de medaille heeft een keerzijde
the seamy side de lelijke kant; de zelfkant
this side aan deze kant; dezerzijds
this side of voor
to be on the safe side voor alle securiteit; voor alle zekerheid
to one side ter zijde
upper side bovenkant; bovenzij; bovenzijde
windward side loefzij; loefzijde
wrong side out binnenstebuiten
wrong side up ondersteboven
alongside lang; langszij; naast
aside afwaarts; apartje; op zijde; opzij; ter zijde; terzijdespraak
bedside bed; bedsponde; sponde
countryside landstreek; platteland
devil‐on‐all‐sides akkerboterbloem
ditch‐side slootkant
downside nadeel
fireside haard; haardstede; thuis
foreside voorkant
four‐sided vierzijdig
hillside berghelling; heuvelhelling
inside achter de tralies; betrouwbaar; binnen; binnenbocht; binnenin; binnenkant; binnenste; binnenzij; binnenzijde; binnen‐; geheim; in; inborst; inwendige; naar binnen; van binnen; vertrouwelijk
land‐side landzij; landzijde
like‐sided gelijkbenig
lop‐sided eenzijdig; niet in evenwicht; onevenwichtig; scheef
many‐sided veelzijdig
mountainside bergwand
nearside aan de linkerkant; linker‐
offside buitenspel; verste kant
one‐sided eenzijdig; partijdig
overside overboord
port‐side aan bakboord
right‐sided rechts
riverside rivieroever
roadside kant van de weg; weg‐
seaside aan zee; aan zee gelegen; bad‐; zeekant
side‐altar zijaltaar
side‐arms <opzij gedragen wapens>
side‐band zijband
side‐canal zijkanaal
sidecar zijspan; zijspanwagen
side‐corridor zijgang
side‐dish bijgerecht; toespijs; tussengerecht
side‐drum kleine trom
side‐effect bijverschijnsel; bijwerking; neveneffect
side‐gallery zijgalerij
side‐issue bijzaak
side‐jump zijsprong
side‐lamp zijlamp
side‐leap zijsprong
sidelight aanvullende informatie; boordlicht; zijlicht
sideline bijbaan; bijbaantje; bijkomstige bezigheid; buitenspel zetten; nevenactiviteit; nevenartikel; nevenbranche; nevenfunctie; zijlijn
sidelong zijdelings
side‐note kanttekening
side‐path zijpad
side‐piece veer; zijstuk
side‐saddle amazonezadel; dameszadel; vrouwenzadel
side‐scene coulisse; toneelscherm
side‐shoot zijscheut
sideshow bijzaak; nevenattractie
side‐slip buitenechtelijk kind; slip; slippen
side‐splitter dijenkletser
side‐splitting om je krom te lachen
sidestep ontwijken; uit de weg gaan; zijpas; zijstap
sideswipe schampen langs; steek onder water; zijdelings raken; zijslag
sidetrack afleiden; op een dwaalspoor brengen; op een wisselspoor brengen; wisselspoor
sidewalk stoep; trottoir
sidewards zijwaarts
sideways ter zijde; van ter zijde; zijdelings
side‐whiskers bakkebaard; bakkebaarden
side‐wind zijwind
three‐sided driezijdig
topside bovenkant; bovenop; bovenste; runderschenkel; schenkel; schinkel
two‐sided tweezijdig
underside onderkant; onderzij; onderzijde
upside bovenzij; bovenzijde; goede kant; voordeel
waterside waterkant
weather‐side loefzij; loefzijde; windkant