Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word voorover
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(naar voren; voort; vooruit; voorwaarts) | ; | |
🔗 Hij boog zich voorover en haalde ze uit de zak van het lijk. | ||
(na) | ; | |
🔗 Over een uur vallen we aan. | ||
(voort; uit) | ; ; ; ; ; | |
(boven; meer dan; boven de) | ; ; | |
(aan; aangaande; betreffende; in; met; naar; omtrent; op; van; voor; inzake) | ; ; ; ; | |
🔗 Hebt u vragen over deze brief? | ||
left ; left over ; remaining | ||
🔗 Voor mij bleek er dan niet veel eetbaars meer over te zijn. | ||
(aan; boven) | ; ; | |
🔗 De zon vlamde over de zee. | ||
(aan de overkant van; over … heen) | ; ; | |
🔗 Nadenkend tuurde Conan over de zee. | ||
(afgelopen; verleden; voorbij; achter de rug) | ; | |
🔗 De oefening is over. | ||
(aan; bij; naar; op; tegen; tot; naar … toe) | ; ; ; ; | |
🔗 Het publiek voelde veel sympathie voor haar. | ||
(geleden) | ; ; ; ; | |
🔗 Dat was een schot voor open doel. | ||
(aleer; alvorens; eer; vooraleer; voordat) | ; previous to | |
🔗 Denk dus wel na vóór u begint. | ||
(aan; door; met; om; uit; van; vanwege; wegens) | ; ; ; ; | |
🔗 Moet ik dan betalen voor mijn goede daden? | ||
(groef; rimpel; vore) | furrow | |
🔗 Het zaad ligt in de voren, de oogst zal ongetwijfeld mooi zijn. | ||
(aan; jegens; met; om; op; te; tot; bij) | ; ; | |
🔗 In 2020 ging het land ook al bankroet, voor de tweede keer in nog geen twintig jaar. | ||
(om; op; ten behoeve van; ter wille van) | ; | |
🔗 Kun jij die voor ons krijgen? | ||
(binnen; tot; tot aan; naar; tot op) | ||
(aan; jegens; met; tegen; tegenover; op) | ; | |
🔗 En niemand is er immuun voor. | ||
(aan; in; met; naar; omtrent; op; over; van) | ; ; | |
🔗 Maak een uitzondering voor hoogopgeleiden. | ||
bend over | kliniĝi antaŭen | |
bend over | kliniĝi antaŭen |
Dutch | English |
---|---|
voorover | ⇆ bending forward; ⇆ face down; ⇆ forward; ⇆ forwards; ⇆ head first; ⇆ head foremost |
over | ⇆ about; ⇆ across; ⇆ along; ⇆ at; ⇆ beyond; ⇆ by; ⇆ in; ⇆ o’er; ⇆ on; ⇆ over; ⇆ past; ⇆ via; ⇆ on the subject of; ⇆ by way of; ⇆ on top of; ⇆ above; ⇆ upwards of; ⇆ from now; ⇆ with |
voor | ⇆ afore; ⇆ ahead; ⇆ ahead of; ⇆ at; ⇆ before; ⇆ by; ⇆ chase; ⇆ ere; ⇆ for; ⇆ furrow; ⇆ in advance of; ⇆ in consideration of; ⇆ in return for; ⇆ in the case of; ⇆ previous to; ⇆ prior to; ⇆ pro; ⇆ to; ⇆ toward; ⇆ towards; ⇆ unto; ⇆ this side of; ⇆ in front of; ⇆ in the way of; ⇆ off; ⇆ ago; ⇆ from; ⇆ in favour of; ⇆ in the cause of; ⇆ in; ⇆ in front; ⇆ fast |
vooroverbuigen | ⇆ bend forward; ⇆ lean forward; ⇆ stoop; ⇆ bend |
vooroverhangen | ⇆ hang forward |
vooroverhellen | ⇆ lean over; ⇆ incline forward |
vooroverleunen | ⇆ lean forward |
vooroverliggen | ⇆ proneness; ⇆ lie prostrate |
vooroverliggend | ⇆ procumbent; ⇆ prone; ⇆ prostrate |
vooroverlopen | ⇆ stoop; ⇆ walk with a stoop |
voorovervallen | ⇆ fall forward; ⇆ fall headlong; ⇆ fall head foremost |
vooroverzitten | ⇆ bend forward |