Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word omhoog
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(naar boven; op) | ; | |
🔗 Hij schoof het raam omhoog. | ||
(boven) | ; | |
(opgooien) | suprenĵeti | |
(beuren; heffen; opheffen; opnemen; opsteken; optillen; tillen; lichten; oplichten; opbeuren) | ||
(opsteken; heffen; oplichten; opheffen; optillen) | ||
🔗 De wachter hief vol afkeer de achterkant van zijn speer omhoog. | ||
(opgaan; oprijzen; opstijgen; rijzen; stijgen; wassen; zich verheffen; de hoogte in gaan) | ; ; go up ; | |
🔗 Heer Bommel rees verslagen en druipend uit zijn stoel omhoog. | ||
ekrapidegi supren | ||
🔗 Vervolgens schoot de lift omhoog. | ||
(omhooggooien; opgooien; opwerpen) | suprenĵeti | |
🔗 Taurus wierp de lijn omhoog met een soepele, krachtige beweging van zijn gespierde arm. |
Dutch | English |
---|---|
omhoog | ⇆ aloft; ⇆ on high; ⇆ up |
met zijn voeten omhoog | ⇆ feet up |
naar omhoog | ⇆ up; ⇆ upward; ⇆ upwards |
omhooggebogen | ⇆ upswept |
omhooggeborsteld | ⇆ upswept |
omhooggooien | ⇆ toss; ⇆ throw up |
omhoogheffen | ⇆ lift; ⇆ lift up |
omhooghouden | ⇆ hold up |
omhoogkomen | ⇆ rise up |
omhoogploegen | ⇆ plough out; ⇆ plough up |
omhoogspuiten | ⇆ shoot up |
omhoogtrekken | ⇆ pull up |
omhoogvliegen | ⇆ soar |
omhoogzitten | ⇆ be in a fix |