Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word grootmacht
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(supermacht; supermogendheid) | superpower | |
; | ||
(lang; rijzig) | ||
🔗 De grote man glimlachte triest. | ||
; ; ; | ||
🔗 Deze dieren zijn heel wat groter dan reeën. | ||
(volgroeid; volwassen) | ||
(royaal; ruim; uitgebreid; uitgestrekt; wijd) | spacious ; ; | |
groschen | ||
🔗 En ik word de grootste magiër van het land. | ||
; ; | ||
🔗 Dat was zijn grote vergissing. | ||
🔗 Een nest van zeearenden is ongeveer 2 bij 2 meter groot en weegt zo’n 900 kilo. | ||
(potentie) | ; | |
🔗 Aan deze verzetsdaad kende Rost, die vertrouwde op de macht van het geschreven woord, grote waarde toe. | ||
(vermogen; kracht) | ||
🔗 Hij heeft grote macht! | ||
🔗 God heeft macht over het weer. | ||
(mogendheid; gezag) | ||
🔗 Zo’n politieagent heeft gewoon te veel macht! | ||
🔗 Wat is 6 tot de zevende macht gedeeld door 6 tot de derde macht? | ||
🔗 Sabriël dacht aan wat ze in Het Boek van de Doden had gelezen en sprak enkele woorden van macht. |
Dutch | English |
---|---|
grootmacht | ⇆ superpower |
groot | ⇆ all‐out; ⇆ big; ⇆ bulky; ⇆ burly; ⇆ comprehensive; ⇆ egregious; ⇆ egregiously; ⇆ full‐size; ⇆ grand; ⇆ great; ⇆ gross; ⇆ grown; ⇆ large; ⇆ large‐scale; ⇆ major; ⇆ mighty; ⇆ profound; ⇆ spacious; ⇆ spanking; ⇆ tall; ⇆ vast; ⇆ voluminous; ⇆ wide; ⇆ signal; ⇆ groschen; ⇆ grown‐up |
macht | ⇆ authority; ⇆ control; ⇆ faculty; ⇆ force; ⇆ grasp; ⇆ grip; ⇆ might; ⇆ muscle; ⇆ potency; ⇆ power; ⇆ powerfulness; ⇆ puissance; ⇆ strength; ⇆ sway; ⇆ forces |