Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word bevel
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(commando) | ||
🔗 Hij gaf het bevel over de groep vluchtelingen, die op het eiland achter zouden blijven, over aan de lange Australiër, en raadde hem aan de boot tot zinken te brengen en zich de verdere dag verborgen te houden. | ||
(bevelschrift; gebod; order; ordonnantie) | ; ; commandment ; behest ; | |
🔗 Ik volg slechts de bevelen mijner chefs. | ||
(bevelen; gebieden; gelasten; sommeren; verordenen; voorschrijven; verordonneren; ordonneren) | ; ; ; ; | |
🔗 Als u niet ophoudt, zal ik bevel geven u in het ruim in de ijzers te slaan. | ||
(huiszoekingsbevel) | search‐warrant | |
🔗 Hebt u een bevel tot huiszoeking? | ||
🔗 Toen vroeg hij of men een bevel tot inhechtenisneming ontvangen had. | ||
🔗 Ik wil graag een arrestatiebevel hebben. | ||
(aanvoerder; bevelvoerder; commandant) | ||
🔗 Wie is op het ogenblik bevelhebber van dit fort? | ||
(bevel) | ||
(aanvoerder; bevelhebber; commandant) | ||
(bevel tot huiszoeking) | search‐warrant | |
🔗 In vliegende vaart werd er iemand weggestuurd om de huiszoekingsbevelen te halen. |
Dutch | English |
---|---|
bevel | ⇆ behest; ⇆ bidding; ⇆ command; ⇆ commandment; ⇆ decree; ⇆ dictate; ⇆ dictation; ⇆ direction; ⇆ hest; ⇆ injunction; ⇆ order; ⇆ precept; ⇆ prescript; ⇆ warrant |
bevel geven om | ⇆ give orders to; ⇆ order to |
bevel tot aanhouding | ⇆ warrant; ⇆ warrant of arrest |
bevel tot huiszoeking | ⇆ search‐warrant |
bevel tot inhechtenisneming | ⇆ commitment; ⇆ detainer; ⇆ warrant |
het bevel op zich nemen | ⇆ take command |
het bevel overnemen | ⇆ take over command |
het bevel voeren over | ⇆ be in command of; ⇆ be in control of; ⇆ command |
onder bevel staan van | ⇆ be under command of |
op bevel | ⇆ by order; ⇆ to order |
op bevel van | ⇆ at the command of; ⇆ by the command of; ⇆ by order of |
arrestatiebevel | ⇆ arrest warrant; ⇆ warrant of arrest |
bevelhebber | ⇆ commander |
bevelschrift | ⇆ edict; ⇆ mandamus; ⇆ mandate; ⇆ precept; ⇆ warrant |
bevelvoerder | ⇆ commander |
dienstbevel | ⇆ order |
dwangbevel | ⇆ distress‐warrant; ⇆ warrant; ⇆ writ |
huiszoekingsbevel | ⇆ search‐warrant |
opperbevel | ⇆ high command; ⇆ supreme command; ⇆ higher command |
tegenbevel | ⇆ countermand; ⇆ counter‐order |