Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord vastgroeien
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(aangroeien; stijgen; toenemen) | ; increase | |
(aangroeien; toenemen; groter worden) | increase ; | |
vegeti | ||
🔗 Tegen de laagste, buitenste muur groeide dicht struikgewas. | ||
(toenemen; aanwassen; wassen) | ||
🔗 Puc was gegroeid in het afgelopen jaar, maar hij was nog steeds klein. | ||
🔗 Ze groeien op de berg. | ||
(toenemen) | ||
(blijvend; duurzaam; permanent; voortdurend) | permanent ; steadfast ; constant ; standing ; | |
🔗 Je bent nooit erg op vast werk gesteld geweest, wel? | ||
(definitief) | ; positive | |
🔗 Sinds hij Jack had gezien, begonnen zijn vage plannen vastere vorm aan te nemen. | ||
(bepaald; beslist; geheid; stellig; zeker; met zekerheid) | ; | |
(gevestigd; hecht; stevig) | fast ; ; ; ; solid ; steadfast ; | |
(pal; stevig) | firmly | |
(onbeweeglijk; star) | fixed | |
(solide) | solid | |
🔗 Bij toevoegen van zoutzuur ontstond bovenop een olieachtige laag, die bij koelen vast werd. | ||
(zeker; zeker wel) | ; | |
🔗 Ik ben vast op het goede spoor. |
Nederlands | Engels |
---|---|
vastgroeien | ⇆ grow together |
groeien | ⇆ grow; ⇆ increase |
vast | ⇆ abiding; ⇆ cast‐iron; ⇆ compact; ⇆ concrete; ⇆ consistent; ⇆ constant; ⇆ fast; ⇆ firm; ⇆ firmly; ⇆ fixed; ⇆ fixedly; ⇆ hard; ⇆ home; ⇆ immovable; ⇆ perennial; ⇆ permanent; ⇆ permanently; ⇆ perpetual; ⇆ positive; ⇆ regular; ⇆ resident; ⇆ solid; ⇆ sound; ⇆ soundly; ⇆ steady; ⇆ stable; ⇆ standing; ⇆ stated; ⇆ stationary; ⇆ steadfast; ⇆ stiff; ⇆ set; ⇆ settled; ⇆ stock; ⇆ strong; ⇆ tight; ⇆ as well; ⇆ in the meantime; ⇆ certainly; ⇆ surely; ⇆ for certain |