Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitspringen

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(uitstaan; uitsteken; vooruitsteken);
stand out
elsalti
(barsten; bersten; openbarsten; scheuren)
;
(scheuren)
(ontploffen; exploderen)
🔗 Dan zullen wij deze wand met dynamiet laten springen.
;
🔗 Ik sprong dus de struiken in.
(op; van; vanuit);
🔗 Hij liep snel het hotel uit.
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens); ; ;
🔗 Dat deed hij uit berekening.
(over; voort; weg; verwijderd);
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit.
;
🔗 De lampen waren uit.

NederlandsEngels
uitspringen jut; jut forth; jut out; project; protuberate; stand out
springen blow out; blow‐out; bolt; bounce; bound; break; burst; caper; cavort; crack; explode; explosion; fly apart; frisk; gambol; hop; jump; leap; spring; start; rupture; saltation; skip; snap; chap; spout; go smash
uit done; for; forth; off; out; out of; over; through; in a spirit of; from; from among; in
uitspringend protuberant; salient; jutting out; projecting