Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitscheiden
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(afscheiden) | excrete | |
(afscheiden) | ||
(aflaten; ophouden; stoppen; uitscheiden met; afbreken) | ; ; | |
🔗 Ik schei ermee uit. | ||
🔗 Zeg, nu ik toch win, kunnen we er eigenlijk best mee uitscheiden. | ||
(ophouden; uitscheiden) | ||
🔗 Schei uit met dat timmeren! | ||
get a divorce ; divorce | ||
🔗 Zal Caroline het je lastig maken als ze hoort dat je wilt gaan scheiden? | ||
get a divorce | eksedziniĝi | |
🔗 Voormalig K3‐zangeres Karen Damen gaat scheiden van haar man Antony Van der Wee. | ||
🔗 Hij keek haastig over zijn schouder en schatte de afstand die hem nog van de Frisco scheidde. | ||
(afscheiden; afzonderen; schiften) | divide ; ; | |
🔗 Het is nauwelijks mogelijk om jou van hem te scheiden, zelfs wanneer hij naar een geheime vergadering wordt geroepen en jij niet. | ||
(uiteengaan) | ||
demarcate ; divide ; | dislimi | |
divide ; ; | ||
🔗 Dan scheiden wij bij Sheffield en die stad krijgen wij over een half uur in zicht. | ||
(op; van; vanuit) | ; | |
🔗 Hij liep snel het hotel uit. | ||
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 Dat deed hij uit berekening. | ||
(over; voort; weg; verwijderd) | ; | |
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit. | ||
; | ||
🔗 De lampen waren uit. |
Nederlands | Engels |
---|---|
uitscheiden | ⇆ discontinuance; ⇆ discontinuation; ⇆ egest; ⇆ excrete; ⇆ finish; ⇆ leave off; ⇆ quit; ⇆ stop |
ermee uitscheiden | ⇆ call it a day; ⇆ pack up; ⇆ sign off; ⇆ turn it up; ⇆ stop working; ⇆ shut up shop |
uitscheiden met | ⇆ cut out; ⇆ finish; ⇆ quit |
scheiden | ⇆ abstract; ⇆ come away; ⇆ decompose; ⇆ demarcate; ⇆ detach; ⇆ disassociate; ⇆ disconnect; ⇆ disengage; ⇆ disengagement; ⇆ disjoin; ⇆ dissever; ⇆ dissociate; ⇆ dissolve; ⇆ disunite; ⇆ divide; ⇆ divorce; ⇆ get a divorce; ⇆ part; ⇆ part company; ⇆ sunder; ⇆ separate; ⇆ sever |
uit | ⇆ done; ⇆ for; ⇆ forth; ⇆ off; ⇆ out; ⇆ out of; ⇆ over; ⇆ through; ⇆ in a spirit of; ⇆ from; ⇆ from among; ⇆ in |
uitscheiding | ⇆ excretion; ⇆ close down; ⇆ discontinue |