Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord terugtrekken
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(intrekken) | ; | |
🔗 Hij keek naar zijn teruggetrokken hand en een doordringende, onaangename geur bereikte zijn neusgaten. | ||
(aftrekken; retireren) | ; recede ; ; | |
🔗 Geen wonder dat hij zich haastig onder de dekens wilde terugtrekken. | ||
; | ||
🔗 Ik zal me in de woestijn terugtrekken en sprinkhanen eten. | ||
(achteruit) | ; | |
🔗 Maar hij begreep dat hij nu niet meer terug kon. | ||
returne | ||
🔗 Maar nu was hij terug en hij zou dat nu gaan doen. | ||
(bescheiden) | modest ; ; unassuming ; unpretentious | modesta |
🔗 Ik ben van zins een teruggetrokken leven te gaan leiden op het land. | ||
unsociable | retiriĝema | |
🔗 Mijn man en ik leidden al jaren een teruggetrokken leven. | ||
terugtrekking | withdrawal | |
terugtrekking | withdrawal | |
terugtrekking | withdrawal | |
(aanhalen; aantrekken) | ; | altiri |
🔗 Maar het was het etiket dat Poirots aandacht trok. | ||
(aanlokken; aantrekken) | ; | |
(aftekenen; beschrijven; tekenen; uittekenen) | ||
(tappen; uittrekken) | ; ; | |
🔗 De officier trok zijn pistool en vuurde. | ||
(slepen) | haul ; tow | |
infuziĝi | ||
(buigen; kromtrekken) | ; ; | |
streki | ||
(halen) | ; haul ; ; tug ; ; tow ; | |
🔗 Als je aan dit touw trekt, halen we je weer naar boven. | ||
trati | ||
(aftrekken; laten trekken; zetten) | ; | |
🔗 „Het bespaart me in de voeding”, placht zij te zeggen wanneer ze er een voedzaam soepje van trok. | ||
suĉi | ||
🔗 Hij trok aan zijn sigaar. | ||
(migreren) | ||
(bewegen; zich bewegen; zich verroeren; zich voortbewegen) |
Nederlands | Engels |
---|---|
terugtrekken | ⇆ draw back; ⇆ fall back; ⇆ pull back; ⇆ retire; ⇆ retract; ⇆ retreat; ⇆ withdraw; ⇆ withdrawal |
zich terugtrekken | ⇆ bow out; ⇆ cloister; ⇆ draw back; ⇆ efface oneself; ⇆ recede; ⇆ retire; ⇆ retreat; ⇆ withdraw; ⇆ stand down; ⇆ stand out; ⇆ step aside; ⇆ scratch; ⇆ scuttle out of it; ⇆ secede; ⇆ recuse oneself; ⇆ pull out |
terug | ⇆ aback; ⇆ avaunt; ⇆ back; ⇆ backward; ⇆ backwards; ⇆ ago |
teruggetrokken | ⇆ private; ⇆ reclusive; ⇆ retired; ⇆ retiredly; ⇆ unsociable; ⇆ sequestered; ⇆ retiring; ⇆ keeping oneself to oneself |
terugtrekking | ⇆ cop‐out; ⇆ retirement; ⇆ withdrawal; ⇆ retraction; ⇆ retractation |
trekken | ⇆ attract; ⇆ backpack; ⇆ bob; ⇆ brace; ⇆ derive; ⇆ draught; ⇆ draw; ⇆ drawing; ⇆ educe; ⇆ extract; ⇆ flit; ⇆ force; ⇆ haul; ⇆ hike; ⇆ lug; ⇆ make; ⇆ migrate; ⇆ move; ⇆ permeate; ⇆ pluck; ⇆ pull; ⇆ receipt; ⇆ trek; ⇆ tug; ⇆ tweak; ⇆ twitch; ⇆ rule; ⇆ strain; ⇆ traction; ⇆ go; ⇆ march; ⇆ warp; ⇆ become warped; ⇆ puff; ⇆ wank off; ⇆ jerk off; ⇆ take out; ⇆ tow; ⇆ twist |