Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord stoot

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(botsing; schok)
collision
(douw; drang; duw; por; zet);
thrust
;
(stuk);
bit of crumpet
🔗 En jij bent een zalige stoot.
(klap; schop; slag)
(prik; steek)
(douw; duw)
🔗 Wat voor stoot wilt u zien?
de stoot geven tot
; ; ;
institute
; ; ;
(genadeslag)
coup de grâce
finofara bato
(aanstoten)
nudge
ekpuŝi
🔗 Men stiet de mand wat opzij.
(hobbelen; horten; schudden);
lurch
skuiĝi
flurry
🔗 Bij Hoek van Holland zijn windstoten van meer dan 140 kilometer per uur gemeten.

NederlandsEngels
stoot ass; blast; blow; bob; bounce; brunt; bump; butt; cant; dash; gust; hit; impact; impulse; impulsion; jerk; jolt; jostle; kick; lunge; nice bit of stuff; nice chick; peach; percussion; poke; punch; push; puss; shot; shove; stab; stroke; thrust
aan stoot zijn be in play
de eerste stoot geven tot give the impulse to
de stoot geven tot trigger; trigger off; give the impulse to
zonder slag of stoot without a blow; without striking a blow
dolkstoot stab; dagger‐stab
kopstoot head butt; header
plaagstoot playful blow; teasing blow; dig
stootje push
stoten batter; bump; butt; clash; hit; hurtle; jerk; jolt; jostle; kick; knock; poke; push; ram; thrust; shove; strike; stub; recoil; touch the ground; play; nudge; pound; shock; scandalize
terugstoot kick; rebound; recoil
windstoot blast
zuigerstoot piston‐lift