Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord postal

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(placard; post up)
(paste; paste up; placard; post up)
(mail)
op de post doen
;
enpoŝtigi
(pole; stake; stanchion; prop; strut; standard); ;
(function; job; office; capacity; position); ;
🔗 That’s 6,250 applicants per post.
(capacity; job; office; position; station; appointment); ; ;
(mail)
postal address
postal official
(post‐office servant; post‐office official; postal worker)
postal order
(money order)
(post‐office servant; post‐office official; postal official)
🔗 Postal workers are planning further strike action for November 30 and December 1, following walk‐outs in August and September.

EngelsNederlands
postal post‐
postal address correspondentieadres; postadres
postal agency postagentschap
postal article poststuk
postal card voorgefrankeerde briefkaart
postal cheque postcheque
postal clearing account postrekening
postal collection order postkwitantie
postal communication postverbinding
postal delivery postbestelling
postal giro account postrekening
postal order mandaat; postbewijs; postmandaat; postwissel
postal parcel postpakket
postal rate port; posttarief
postal service postdienst
postal traffic postverkeer
postal train posttrein
postal union postunie
postal van postwagen
postal vote per post uitgebrachte stem
post aanplakken; ambt; beplakken; betrekking; boeken; brievenpost; buitenpost; factorij; ijlen; in de geheimen inwijden; indelen; met postpaarden reizen; op de bus doen; op de hoogte brengen; op de post doen; opstellen; paal; pilaar; plaats; plaatsen; post; postdienst; posten; posteren; punt; snellen; stander; standplaats; stijl; stut; uitzetten; zich haasten