Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord have in common with

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
common
(joint; communal; concerted; generic; mutual; single)
common
(ordinary; usual; commonplace; everyday; normal; standard)
; ;
common
(everyday; vulgar; lowbrow; lurid; usual; vernacular; crass)
;
common
(frequent; commonplace; regular)
;
ofta
common
(simple; straightforward; unpretentious)
;
common
(general; universal; worldwide)
universala

EngelsNederlands
have in common with gemeen hebben met
common algemeen; alledaags; gangbaar; gemeen; gemeenschappelijk; gemeenslachtig; gemeenteweide; gewoon; ordinair; plat; veelvoorkomend