Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord convenience

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
convenience
geschikte gelegenheid
convenience
(ease; handiness; usefulness)
convenience
(ease; handiness)
convenience food
(ready meal)
antaŭpreparita manĝo
(handy; comfortable; useful);
🔗 This functionality is convenient but dangerous, as it lets the browser provide initial values for any of the variables in your programme.
inconvenience
(annoyance; bother; encumbrance; impediment)
; ; ; ;
inconvenience
(trouble; annoyance; bother; hassle; irritant)
inconvenience
(disturb; hinder; trouble; annoy; encumber; hassle; irritate; hamper)
;

EngelsNederlands
convenience bestekamer; gemak; gepastheid; gerief; gerieflijkheid; geschiktheid; toilet
at your convenience als het u gelegen komt; bij gelegenheid; op uw gemak
at your earliest convenience zodra het u schikt
convenience food diepvriesmaaltijd; kant‐en‐klaarmaaltijd
convenience store avondwinkel; zondagswinkel
fitted with all conveniences van alle gemakken voorzien
for convenience gemakshalve; voor het gemak
for convenience’s sake gemakshalve; voor het gemak
for the convenience of ten gerieve van
if it suits your convenience als het u gelegen komt
marriage of convenience verstandshuwelijk
public convenience openbaar toilet; urinoir
user convenience gebruikersgemak
convenient gelegen; gelegen komend; gemakkelijk; geriefelijk; gerieflijk; geschikt; vlak bij de hand
inconvenience derangeren; hinderen; in ongelegenheid brengen; lastig vallen; ongelegenheid; ongemak; ongerief; ongeriefelijkheid; ongerieflijkheid; overlast; tot last zijn