Dictionnaire néerlandais–français

Traduction française du mot néerlandais bevel

néerlandais → français
  
néerlandaisfrançais (traduit indirectement)espéranto
(commando)
commandement
🔗 Hij gaf het bevel over de groep vluchtelingen, die op het eiland achter zouden blijven, over aan de lange Australiër, en raadde hem aan de boot tot zinken te brengen en zich de verdere dag verborgen te houden.
(bevelen; gebieden; gelasten; sommeren; verordenen; voorschrijven; verordonneren; ordonneren)
commander
;
enjoindre
;
ordonner
;
sommer
🔗 Als u niet ophoudt, zal ik bevel geven u in het ruim in de ijzers te slaan.