English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word re‐sign

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(quit; back out; step down; get the bag; get the boot; get the bounce; get the mitten; get the push; get the sack); ; ;
🔗 He will not resign.
(deposition)
🔗 If the vote goes ahead and she loses, some in her party are ready to call for Mrs. May to resign immediately.
(abdicate);
🔗 I don’t think Trump is going to resign any time soon.
resign oneself
🔗 The pound fell by 1% to just over $ 1.28 on news of Raab’s resignation.
(rezignation);
🔗 She stiffened, then gave a shrug of resignation.
(mark); ; ;
;
🔗 It is signed by Vaidro.
(indication; omen; portent; precursor; presage; augury; harbinger)
🔗 I should have known that was a very bad sign, but I didn’t, and there was no observer to tell me.
(signboard);
(indication; cue);
🔗 You have not given any sign lately that you’d care one way or the other.
(show)
tentoonspreiding
;
🔗 Perhaps it’s because men and women had different rôles and spent little time together tens of thousands of years ago, or maybe it was a sign of respect to not speak another’s dialect.
(shield; signboard; plaque)
(trace)
🔗 Of Lews Therin Telamon, no sign remained.
🔗 The request could be read as a sign of increasing Russian desperation.

EnglishDutch
resign afstaan; afstand doen van; aftreden; bedanken; de portefeuille neerleggen; het hoofd in de schoot leggen; neerleggen; ontslag nemen; opgeven; overgeven; overlaten; passen; uittreden; zich schikken; zijn ambt neerleggen; zijn ontslag nemen
re‐sign opnieuw tekenen
one can only resign oneself to it men moet zich erbij neerleggen
resign oneself berusten
resign oneself to berusten in; zich onderwerpen aan; zich overgeven aan; zich schikken in
resign one’s office zijn ambt neerleggen
resignation afstand; aftreden; bedanking; berusting; gelatenheid; ontslag; overgave; uittreden
resigned berustend; gelaten
sign aftekenen; bekruisen; blijk; bord; bordje; een kruis maken over; een teken geven; gebaar; kenteken; merkteken; ondertekenen; reclame; sein; signeren; teken; tekenen; uithangbord; voorteken; wenk; wonderteken