Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word walstroom

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(loop; stroming); ;
(rivier);
🔗 Men moest dan ook over houten bruggen de Muddy, de Green en andere stromen passeren.
(beek)
🔗 Hij stapte in de stroom, die hij struikelend volgde.
🔗 Meer dan een miljoen mensen zitten zonder stroom.
(boord; oever); ;
🔗 Daarna sprong hij aan wal.
(kaai; kade; ka)
🔗 Een half uur later verscheen Dordolio op de wal.
(bolwerk)
rampart
(glooiing)
embankment
;

DutchEnglish
walstroom shorepower
stroom afflux; affluxion; current; drift; flood; flow; flush; flux; gush; influx; inundation; juice; power; rash; river; spate; stream; tide; torrent; rush; shower; volley
wal bank; embankment; mound; rampart; shore; coast; quay