Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word terugbewegen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
;
induce
;
🔗 Daarna zal ik ze wel kunnen bewegen ons die twee uit te leveren.
(ontroeren); ;
(zich bewegen; zich verroeren; zich voortbewegen; trekken);
🔗 Daar beweegt een steen!
(verroeren);
(beweging)
movement
🔗 Hij kon aan het bewegen van de struiken zien dat de neger naderbij kwam.
(achteruit);
🔗 Maar hij begreep dat hij nu niet meer terug kon.
returne
🔗 Maar nu was hij terug en hij zou dat nu gaan doen.

DutchEnglish
bewegen affect; agitate; budge; dispose; impel; induce; motivate; move; run; stir; stirring; wag; waggle
terug aback; avaunt; back; backward; backwards; ago

The word terugbewegen could not be translated into the selected target language by us.