Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word schijnheilige
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(sint) | ||
🔗 Men moet zich ook de andere 364 dagen van het jaar als een heilige gedragen. | ||
(glans) | ||
; | ||
🔗 Het had er alle schijn van. | ||
(gehuicheld; geveinsd; huichelachtig) | hypocritical | |
🔗 Het zou schijnheilig zijn om dat niet te erkennen. |
Dutch | English |
---|---|
schijnheilige | ⇆ hypocrite; ⇆ Pharisee |
heilige | ⇆ saint |
schijn | ⇆ appearance; ⇆ colour; ⇆ glimmer; ⇆ glimmering; ⇆ guise; ⇆ make‐believe; ⇆ pretence; ⇆ semblance; ⇆ shadow; ⇆ show; ⇆ shine; ⇆ pretext |
schijnheilig | ⇆ canting; ⇆ holier‐than‐thou; ⇆ hypocritic; ⇆ hypocritical; ⇆ mealy‐mouthed; ⇆ sanctimonious |