Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word oorklep

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(schuif)
valve
;
flap
; ;
🔗 Het was een oud bureau met een klep, een antiek meubelstuk.
flap
(vizier);
visor
(hengsel)
🔗 Hij vond wat bordjes en kopjes zonder oor, maar geen geld.
🔗 In hun oren dreunt nog het orgel.
🔗 Toen hij zijn oor bij de opening bracht, kon hij duidelijk de stem van heer Ollie horen.

DutchEnglish
oorklep ear‐flap; tab
klep flap; fly; key; leaf; peak; piston; trap; valve; ventil; visor; stop; damper
oor ear; handle; lug; lughole; dog’s‐ear