Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word onschendbaar
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(onaantastbaar) | invulnerable ; untouchable ; ; | |
(overtreden; violeren) | ; ; | |
🔗 Als we ons eigen edict moeten schenden, laten we het dan tenminste heimelijk doen. | ||
(onteren; ontwijden) | deflower | |
(ontheiligen; ontwijden) | ||
🔗 Als hij gelijk had dan was dit de stam die nog niet lang geleden het gebied van Hagedorn had geschonden en door O.Z. Garr was verjaagd. |
Dutch | English |
---|---|
onschendbaar | ⇆ infrangible; ⇆ inviolable; ⇆ irrefrangible |
schenden | ⇆ breach; ⇆ break; ⇆ deface; ⇆ defile; ⇆ disfigure; ⇆ falsify; ⇆ infringe; ⇆ infringe upon; ⇆ mutilate; ⇆ outrage; ⇆ violate; ⇆ transgress; ⇆ vitiate; ⇆ damage |