Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kooi

Dutch	English (translated indirectly)	Esperanto
kooi	cage	kaĝo
🔗 Wammes zuchtte en opende zijn kooi.
kooi (couchette; ligplaats)	berth ; bunk	kuŝejo
🔗 Hij lag in een warme kooi in een koele kajuit.
eendenkooi	decoy	anaskaptejo
kooien	cage	enkaĝigi
kooivogel	cage bird	kaĝobirdo
schaapskooi (schapestal)	fold ; sheepfold	ŝafejo
🔗 Op dat moment zag hij beneden zich, aan de voet van een heuvel, een schaapskooi.
vogelkooi	bird cage	birdkaĝo

Dutch	English
kooi	⇆ berth; ⇆ bunk; ⇆ cage; ⇆ cot; ⇆ decoy; ⇆ den; ⇆ fold; ⇆ pen
naar kooi gaan	⇆ put up one’s feet; ⇆ go to roost; ⇆ tumble in; ⇆ turn in
eendenkooi	⇆ decoy
kanariekooi	⇆ canary‐bird cage
kooiconstructie	⇆ cage
kooieend	⇆ decoy‐duck
kooien	⇆ cage; ⇆ put into cage; ⇆ fold; ⇆ pen
kooiker	⇆ decoy‐man
kooivogel	⇆ cageling
schaapskooi	⇆ cote; ⇆ fold; ⇆ sheep cote; ⇆ sheepfold; ⇆ fank
veiligheidskooi	⇆ safety‐cage
vogelkooi	⇆ bird cage