Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word halt maken
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (inhouden; blijven staan; blijven stilstaan; halt houden; stilhouden; stilstaan; stoppen) | ||
🔗 Toen hij de roerloze palmbomen naderde, begon hij voorzichtiger te lopen, want hij begreep dat de karavaan waarschijnlijk in de schaduw van de bomen halt gemaakt had. | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| halt maken | ⇆ call a halt; ⇆ make a halt; ⇆ make stop; ⇆ stand; ⇆ stop |
| halt | ⇆ halt; ⇆ stand |