Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word geschieden
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(gebeuren; gevallen; omgaan; optreden; passeren; plaatsgrijpen; plaatshebben; plaatsvinden; voorvallen; zich afspelen; zich voordoen; zich voltrekken; zich toedragen; vóórkomen) | ; ; ; come to pass | |
🔗 Gods wil geschiede. | ||
(historie; verhaal) | ; | |
🔗 Het is een droevige geschiedenis. | ||
🔗 De geschiedenis gaat leven in de sprekende portretten die hij schept. |
Dutch | English |
---|---|
geschieden | ⇆ befall; ⇆ chance; ⇆ come to pass; ⇆ happen; ⇆ occur; ⇆ take place |
uw wil geschiede | ⇆ thy will be done |
geschiedenis | ⇆ affair; ⇆ history; ⇆ story |
geschiedschrijver | ⇆ historian; ⇆ historical writer; ⇆ historiographer |
geschiedschrijving | ⇆ writing of history; ⇆ historiography |