Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word arbeiden

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(werken);
🔗 Erg snel heb je niet gearbeid.
(werker; werkman); ;
operative
; ;
working man
;
🔗 Uit de hutten kwamen andere arbeiders te voorschijn.

DutchEnglish
arbeiden labour; work
arbeider hand; labourer; operative; worker; workman; working man