Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitvragen
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(uithoren) | ||
(op; van; vanuit) | ; | |
🔗 Hij liep snel het hotel uit. | ||
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 Dat deed hij uit berekening. | ||
(over; voort; weg; verwijderd) | ; | |
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit. | ||
; | ||
🔗 De lampen waren uit. | ||
; ; ; | ||
🔗 Karel, mag ik jou iets vragen? | ||
(verzoeken; vragen om) | ; ; | |
🔗 Waarom vraag je geen hulp? | ||
(inviteren; noden; uitnodigen) | ||
(vragen naar) | ask about |
Nederlands | Engels |
---|---|
uitvragen | ⇆ catechize; ⇆ pump; ⇆ question |
uit | ⇆ done; ⇆ for; ⇆ forth; ⇆ off; ⇆ out; ⇆ out of; ⇆ over; ⇆ through; ⇆ in a spirit of; ⇆ from; ⇆ from among; ⇆ in |
vragen | ⇆ ask; ⇆ ask of; ⇆ beg; ⇆ call on; ⇆ call upon; ⇆ challenge; ⇆ charge; ⇆ crave; ⇆ demand; ⇆ inquire; ⇆ interrogate; ⇆ invite; ⇆ query; ⇆ question; ⇆ solicit; ⇆ seek; ⇆ require; ⇆ propose to |