Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord uitlezen
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(kiezen; uitkiezen; uitpikken; uitzoeken) | pick out | |
(aflezen; dóórlezen) | read out | finlegi |
🔗 Ik ben zo vrij geweest de waarschuwing aan boogschutters geheel uit te lezen. | ||
(aflezen) | ||
🔗 Lees je nooit kranten? | ||
(lezing) | ||
🔗 Het lezen heeft u ontmoedigd? | ||
(op; van; vanuit) | ; | |
🔗 Hij liep snel het hotel uit. | ||
(aan; door; met; om; van; vanwege; voor; wegens) | ; ; ; | |
🔗 Dat deed hij uit berekening. | ||
(over; voort; weg; verwijderd) | ; | |
🔗 Zij zijn het grootste gedeelte van de dag uit. | ||
; | ||
🔗 De lampen waren uit. |
Nederlands | Engels |
---|---|
uitlezen | ⇆ finish; ⇆ finish reading; ⇆ pick out; ⇆ read out; ⇆ read through; ⇆ read through to the end; ⇆ select |
lezen | ⇆ cull; ⇆ lease; ⇆ peruse; ⇆ read; ⇆ reading; ⇆ glean; ⇆ gather |
uit | ⇆ done; ⇆ for; ⇆ forth; ⇆ off; ⇆ out; ⇆ out of; ⇆ over; ⇆ through; ⇆ in a spirit of; ⇆ from; ⇆ from among; ⇆ in |