Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord raken

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(worden)
🔗 Het huis raakte stampvol.
(aangaan; betreffen; gaan om)
(halen; treffen); ;
🔗 Ze hebben de opslagplaats geraakt.
be tangential to
;
brush with
tanĝi
🔗 Ze trokken verder tot ze in de verre verte de zee de horizon konden zien raken.
(geraken)
end up
🔗 De kar ratelde voort met een aardig vaartje, maar Reith wist dat hij geen kans had door de poort te raken.
(treffen);
🔗 Een druppel raakte hem op zijn schouder en brandde als een gloeiende kool.
aan de grond raken
aan de kook raken
start to boil
go downhill
🔗 Tegenwoordig raken zelfs de beste families aan lager wal.
fall behind
malantaŭiĝi
(aarden; wennen; gewennen)
accustom oneself
;
get used
; ;
🔗 Hij was nooit aan dit oord gewend geraarkt hoewel hij er al een paar maanden als nachtwaker werkte.
be wounded
🔗 De vier inzittenden raakten gewond.
(zwanger raken; zwanger worden);
🔗 Kort daarop raakte de vrouw in verwachting en negen maanden later schonk ze het leven aan een meisje.
in verwarring raken
(in verwarring geraken)
get confused
(in verwachting raken; zwanger worden)
🔗 In Paraguay is een 11‐jarig meisje bevallen dat op 10‐jarige leeftijd zwanger raakte van haar stiefvader.
(aankomen; toucheren)
🔗 Raak je geweren niet aan of we schieten!
trafita
(raken)
end up
🔗 Het toeval wilde dat ook de markies de Cantecler op zijn ochtendwandeling in de buurt van de herberg geraakte.
(verbeuren; verliezen)
🔗 U bent uw geheugen kwijtgeraakt.
tangent
🔗 De richting van de raaklijn verandert hierbij niet, dus verandert ook het differentiaalquotiënt niet.
(ten einde lopen)
;
(verloren raken)
be lost
;
get lost
perdiĝi
(teloorgaan; verloren gaan; wegraken; erbij inschieten; verloren raken)
be lost
;
get lost
perdiĝi
🔗 Ik deed dat en kwam tot de ontdekking dat er niets was zoekgeraakt.

NederlandsEngels
raken affect; catch; concern; get; hit; impact; impinge on; impinge upon; reach after; reach at; strike; touch
aan de grond raken ground; grounding; run aground; run ashore
aan de praat raken get talking
aan lager wal raken come down in the world; go downhill; go to the dogs; come down; go to pot; get on a lee shore; be thrown on one’s beam‐ends
achter raken drop behind; fall behind; get behind
gevangen raken become a prisoner
gewond raken be wounded
het raakt hem niet he does not care
in oorlog raken met become involved in a with
in verwarring raken get confused
in vuur raken fire up; catch fire; warm; warm up
’m flink raken hit the bottle; drink one’s fill
raken aan touch; come by
slaags raken come to blows; join battle
voor raken get ahead
zwanger raken become pregnant
aanraken touch
afraken be broken off
geraakt touched; piqued; offended
geraken get; come to; attain
kwijtraken dispose of; get rid of; lose; pass off; shift; get shot of
losraken come away; come undone; come untied; get undone; get loose
opraken fall short; get low; give out; go; waste; run out; run short; wear thin; run low
raaklijn tangent
raakpunt contact point; point of contact
raakvlak interface; tangent plane
uitraken be off; be broken; come to an end
vastraken get stuck; run aground
wegraken go; miscarriage; miscarry