Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord handelsnaam

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(affaire; koopmanschap; negotie; nering);
commerce
;
trade
🔗 Misschien dat ik een kleine handel opzet in noten en wilde honing.
(handeldrijven)
trading
🔗 ’t Gaat al aardig met de handel, waar?
; ;
🔗 Hebt u hun namen gehoord?
(faam; reputatie; roep)
reputation
🔗 Dat geeft me een slechte naam.
(benaming)
🔗 „De bevrijding van Artëmovsk gaat door”, zei hij, waarbij hij de naam uit het Sovjettijdperk voor Bachmut gebruikte.

NederlandsEngels
handelsnaam trade name
handel business; commerce; trade; trading; traffic
naam appellation; appellative; denomination; designation; fame; moniker; name; reputation; repute